Tag Archives: music

RIP Les McCann (1935 – 2023)

Les McCann was een Amerikaans pianist en zanger die actief was in de jazz, meer specifiek in een variant die aangeduid wordt met de term ‘soul jazz’, een kruising tussen het volkse van soul en de op artisticiteit aanspraak makende jazz*.

“Go On and Cry” (1974)

Nummers om nota van te nemen zijn “Sometimes I Cry” (1972), “Go On and Cry” (1974) en “Vallarta” (1977).

Van “Sometimes I Cry” werd de drumpartij door Massive Attack ‘gestolen’.

“Sometimes I Cry” (1972)

Het album Layers (1972) is dan weer opmerkelijk voor het vroege gebruik van elektronica op een jazzplaat.

“Vallarta” (1977)

Massive Attack waren niet de enigen die gingen snuisteren in de catalogus van McCann. Zo’n driehonderd artiesten sampleden zijn platen.

Ik heb aan Jahsonic – heb ik jullie al over Jahsonic verteld? – gevraagd hem naast Michel Sardaby te leggen. Stilistisch is er verwantschap. Bovendien zijn ze van hetzelfde jaar.

Rust zacht Les.

*Jazz kan sinds de Tweede Wereldoorlog op dat artistieke aanspraak maken, ttoen het gecanoniseerd werd.

RIP Tony Oxley (1938 – 2023)

Tony Oxley was een Engelse drummer, men noemt dat in zijn branche, de free jazz, slagwerker.

Ichnos (1971) van Tony Oxley

Als ik naar free jazz luister, en onlangs beluisterde ik nog met de grootste aandacht de platen van Fred Van Hove toen die in 2022 in Dodenstad toekwam, denk ik vaak: dat wordt nu toch niet meer gemaakt?

En ook denk ik aan de beroemde uitspraak van Frank Zappa: ‘jazz is niet dood, het ruikt gewoon een beetje raar.’

Rust zacht Tony

RIP Amp Fiddler (1958 – 2023)

“Superficial” (2002) van Amp Fiddler

Amp Fiddler was een Amerikaans zanger en muzikant, actief in funk, soul en dance.

Amp staat voor amplifier, Engels voor versterker.

Fiddler slaat op iemand die ‘fiddlet’, dus iemand die wat met knopjes aan het prutsen is.

De versterkers en de knopjes in kwestie zitten dan in en op keyboards, want Amp Fiddler was vooral bekend als toetsenist

Tot zijn bekendste composities hoort “Superficial” (2002).

Continue reading

RIP Benjamin Zephaniah (1958 – 2023)

“Rasta” (1983) van Benjamin Zephaniah

Benjamin Zephaniah was een Engels schrijver en muzikant vooral bekend voor zijn ‘dub poetry’, zijn dubgedichten dus.

Dubgedichten zijn een genre van ‘spoken word’ waarin o.a. door de kolonisatie veroorzaakte sociale onrechtvaardigheid aangeklaagd wordt.

Die gedichten worden voorgedragen bovenop instrumentale reggae- en dubliederen.

Binnen dat genre bracht Zephaniah “Rasta” (1983).

Andere gedenkwaardige stukken dub poetry zijn “Inglan Is a Bitch” (1980) van Linton Kwesi Johnson  (°1952) en “Dis Poem” (1986) van Mutabaruka (°1952) .

Het genre is zwaar op de hand en de meeste composities laten zich maar een keer om de vijf jaar comfortabel beluisteren. Zelfs de hits klinken al snel afgezaagd.

Rond dezelfde periode werd elders in de Afrikaanse diaspora vrolijker geklaagd in composities zoals “Atomic Bomb” (1978) van William Onyeabor.

Rust zacht Benjamin.

RIP Michel Sardaby (1935 – 2023)

“Welcome New Warmth” (1975) by Sardaby

Michel Sardaby was een Frans componist en pianist die in de jazz actief was en die vooral gekend voor zijn plaat Gail (1975), en dan nog meer specifiek voor dat ene nummer “Welcome New Warmth”.

Ik pikte het een eenzame middagpauze in de Parijsstraat op toen ik de drie delen van London Jazz Classics (’93, ’94, ’95) bij Sax kocht.

Soul Jazz Records is een label van Stuart Baker. Hun Universal Sounds of America (’95) vond ik op een eerder manische middag in Gent.

Rust zacht Michel.

RIP Geordie Walker (1958 – 2023)

“Requiem (A Floating Leaf Always Reaches The Sea Dub Mix)” (1992) van Killing Joke

Geordie Walker was een Engelse gitarist bekend voor zijn lidmaatschap van Killing Joke. Hij is mede-auteur van de compositie “Love Like Blood” (1985) maar ik hou niet van die song.

Van “Turn to Red” (1979) hou ik wel enigszins, maar vandaag is het vooral de 1992 remix van “Requiem”, “Requiem (A Floating Leaf Always Reaches The Sea Dub Mix)” waarop de gitaarpartijen van de gestorvene te horen zijn, die ik onder uw aandacht wil brengen.

Rust zacht Geordie.

RIP Jean Knight (1943 – 2023)

Mr. Big Stuff (1971) door Jean Knight

Jean Knight was een Amerikaanse zangeres bekend van het nummer “Mr. Big Stuff” (1971) dat ze zong maar niet schreef.

In tegenstelling tot wat de Afro-Amerikaanse mythologie zou kunnen doen vermoeden, is de stuff van Mr. Big Stuff niet zijn fallus maar zijn auto, zijn chique kleren en alle andere rijkdommen waarover hij beschikt.

Jean van haar kant is niet onder de indruk: ‘het is niet omdat jij wat met je bezittingen komt pronken dat ik mijn liefde aan jou kan schenken.’

Dat is wel zo verstandig van haar.

Rust zacht Jean.

RIP Rona Hartner (1973 – 2023)

Rona Hartner is Sabina in Gadjo dilo (1997)

Rona Hartner was een Roemeense actrice, kunstenaar en zanger.

Men zal haar vooral om haar rol in Tony Gatlifs film Gadjo dilo (1997) herinneren, een film die het leven van de zigeuners (zeg nu Roma) en hun muziek romantiseerde.

Hartner zong inderdaad dat soort verleidelijke zigeunermuziek (zeg nu Roma-muziek) die ik eerst leerde kennen in de film Vengo (2000), ook van Gatlif.

Andere films waarin Hartner speelde waren Time of the Wolf (2003) van Michael Haneke, Le Divorce (2003) van James Ivory en Chicken with Plums (2011) van Marjane Satrapi.

Rust zacht Rona.

RIP Pierre Dutour (1931 – 2023)

De Franse songschrijver en trompettist Pierre Dutour (1931 – 2023) stierf. Hij was ‘bekend’ voor “Following You” (1969), een nummer dat op Chappell uitkwam, een label dat zich specialiseerde in ‘library music’, iets wat je in het Nederlands best vertaalt als productiemuziek.

“Following You” (1968) van Pierre Dutour

Wat is productiemuziek? Stel, je maakt een film, een televisie-uitzending of een podcast maar je hebt geen geld om er muziek bij te laten maken? Dan bestaan er firma’s die de muziek al voor jou gemaakt hebben. Net als je foto’s kan kopen voor je commerciële brochure, kan je ook muziek aankopen.

“Cat’s Eyes” (1973) van Peter Shelley

Via de dood van de Dutour, kom ik erachter dat ook Peter Shelley van “Cat’s Eyes” (1973) niet meer is. Shelley werkte voor Chappell bij het begin van zijn carrière. Hij stierf in maart al, luttele dagen nadat ik hem ontdekte.

RIP Pierre en Peter.

RIP Carla Bley (1936 – 2023)

Carla Bley was een Amerikaanse componiste onder andere gekend voor albums zoals Escalator over the Hill (1971) en Dinner Music (1977).

“Dining Alone” (1977) van Carla Bley

Escalator over the Hill is een operaproject in de stijl van Kurt Weil en Dinner Music is een lounge-achtige plaat met nummers zoals “Dining Alone”.

“Dining Alone”. Alleen dineren. Ook ik eet vaak alleen. Ik ga dan vroeg zodat ik als eerste bediend word. Daarna keer ik huiswaarts om verder te werken. Geen boodschappen. Geen afwas. Gewoon eten. Een dag vlees. Een dag kip, want elke dag rund eten verhoogt het risico op darmkanker.

Terug naar de muziek.

Carla speelde ook mee op een paar The Golden Palominos elpees. Minstens twee.

Wie denkt met de twee platen hierboven iets over de aard van het werk van mevrouw Bley te kunnen zeggen, dwaalt. Hij moet naar “Lawns” (1987) luisteren van de elpee Sextet uit datzelfde jaar.

“Lawns” (1987) van Carla Bley

Ik leg mevrouw Bley op het jazzperk. Daar arriveerden dit jaar ook Richard Davis, Peter Brötzmann, Carlos Garnett en Wayne Shorter, om er maar een paar te noemen.

Ik maak nooit praatjes met de jazzliefhebbers die er langskomen, ze zijn vaak zo humorloos.

Rust zacht Carla.