RIP Jean-Marie Straub (1933 – 2022)

De geschiedenis zal niet mild zijn voor de films van Straub en Huillet.

Niet saai genoeg, zullen sommigen zeggen, zij die alleen de saaiheid van Guy Debord saai genoeg vinden.

Veel te saai, zal de rest zeggen.

Slecht geacteerd, nog anderen.

Maar dat is het punt niet, zullen zijn verdedigers zeggen.

Onder die verdedigers op het tijdstip van overlijden waren Patrick Duynslaegher, die die Bachfilm aanprees en Bart Versteirt van het subsidievehikel Fantômas, die blij was dat zijn magazine reeds in het verleden veel aandacht aan Straub en Huillet gegeven had.

Ik gebruikte het woord subsidievehikel. Verschoning. Maar nu ik het toch liet vallen, de films van het duo Straub en Huillet zijn typische producten van gesubsidieerde naoorlogse staatscinema. Over het algemeen heb ik het daar niet zo mee.

Oordelen

Wil u zelf oordelen over de films van Straub en Huillet? Dat kan. Vele van hun films staan integraal op YouTube. Zelf post ik hier de film over het Louvre, ‘Une visite au Louvre’ (2004), waarin onder andere dagboekfragmenten van Cézanne voorgelezen worden.

‘Une visite au Louvre’ (2004)

Ik post ook een tweede film over Schoenberg, ‘Einleitung zu Arnold Schoenbergs Begleitmusik zu einer Lichtspielscene’ (1973), omdat ik daar getroffen werd door een dictum van Brecht.

Einleitung zu Arnold Schoenbergs Begleitmusik zu einer Lichtspielscene’ (1973)

“Zij die tegen het fascisme zijn zonder tegen het kapitalisme te zijn, die zeuren over de barbarij die voortkomt uit de barbarij, zijn als mensen die hun deel van het kalf willen eten, maar het kalf niet willen slachten.”

“Die gegen den Faschismus sind, ohne gegen den Kapitalismus zu sein, die über die Barbarei jammern, die von der Barbarei kommt, gleichen Leuten, die ihren Anteil vom Kalb essen wollen, aber das Kalb soll nicht geschlachtet werden.”

Bertolt Brecht

Mocht dit een politieke column zijn, eerder dan een overlijdensbericht, ik zou op de magistrale denkfout van Brecht wijzen.

Politiek

Oh ja, Straub en Huillet waren grote fans van John Ford. Waarom, dat kom ik ooit wel eens te weten, maar nu niet, want nu moet ik naar een volgende dode. De dood slaapt nooit, verzuimt nooit haar werk te doen.

Alhoewel, bij het ter perse gaan van dit artikel lezen wij (ondanks de paywall, foei, belastingsgeld ontvangen en dan het publiek niet laten meelezen) in dat tijdschrift Fantômas dat zij van John Ford hielden ‘omwille van de zeer concrete manier waarop hij met geschiedenis en gemeenschap omging.’

In een panelgesprek van 1970 waar ook Pierre Clémenti, Miklós Jancsó en Glauber Rocha aan deelnamen zei Straub:

“For example John Ford’s movies are profoundly political.”

“De films van John Ford, bijvoorbeeld, zijn ten diepste politiek.”

Jean-Marie Straub

Daar heb ik de volgende bedenking bij. Hoe dacht Straub over de film over Vietnam waar Ford bij betrokken was en waar hij zich niet afkerig van die oorlog toonde?

Ach, zoals Hermans ooit zei, op het einde krijgt iedereen altijd ongelijk. En op een moment zoals dit, als je net een aantal films van Straub en Huillet hebt proberen te verhapstukken, wenste je dat Straub en zijn vrouw films als die van John Ford hadden gemaakt. Verstrooiend en verheffend. Niet dus.

Rust in vrede Jean-Marie Straub