In New York stierf de Schotse acteur David McCallum. Hij werd 90 en was bekend van film en televisie. Hoewel ik het nooit gezien heb, heeft The Man from U.N.C.L.E. (1964-1968) me altijd wel aangesproken.
“The Edge” (1967)
McCallum werkte ook met David Axelrod aan een een nummer dat bijna integraal gesampeld werd door Dr. Dre met gastvocalen van Snoop Dogg. Het zal hem de volgende jaren van de vergetelheid redden.
Cormac McCarthy was een Amerikaans schrijver gekend voor romans zoals No Country for Old Men (2005). De gebroeders Coen maakten er een van de beste films van de 21ste eeuw mee, werkelijk adembenemend.
Tot zover ‘over de doden niets dan goed.’
‘Would you hold still, please sir?’ Misschien wel dé scène uit No Country for Old Men (2007)Continue reading →
Strange City (2014) van Ilya en Emilia Kabakov in opbouw.
Een van mijn personeelsleden was vertrouwd met het werk en de persoon van Ilya Kabakov en nam mij even apart om me op diens belang te wijzen. Bij mij deed de naam geen belletjes rinkelen en ik was dan ook blij dat mijn doodgraver zo discreet was mij niet voor de hele ploeg voor schut te zetten. Hoe te verklaren dat ik deze van geboorte Oekraïense (dus Russische) kunstenaar niet kende?
Dorothy Iannone was een Amerikaans kunstenaar die met haar autobiografische teksten, films en schilderijen expliciet naar de vrouwelijke seksualiteit verwees.
Ze nam deel aan Bodypoliticx (2007) in Rotterdam, een tentoonstelling waar Joost Zwagerman nog enige woorden aan wijdde.
De geschiedenis zal niet mild zijn voor de films van Straub en Huillet.
Niet saai genoeg, zullen sommigen zeggen, zij die alleen de saaiheid van Guy Debord saai genoeg vinden.
Veel te saai, zal de rest zeggen.
Slecht geacteerd, nog anderen.
Maar dat is het punt niet, zullen zijn verdedigers zeggen.
Onder die verdedigers op het tijdstip van overlijden waren Patrick Duynslaegher, die die Bachfilm aanprees en Bart Versteirt van het subsidievehikel Fantômas, die blij was dat zijn magazine reeds in het verleden veel aandacht aan Straub en Huillet gegeven had.
Ik gebruikte het woord subsidievehikel. Verschoning. Maar nu ik het toch liet vallen, de films van het duo Straub en Huillet zijn typische producten van gesubsidieerde naoorlogse staatscinema. Over het algemeen heb ik het daar niet zo mee.
Oordelen
Wil u zelf oordelen over de films van Straub en Huillet? Dat kan. Vele van hun films staan integraal op YouTube. Zelf post ik hier de film over het Louvre, ‘Une visite au Louvre’ (2004), waarin onder andere dagboekfragmenten van Cézanne voorgelezen worden.
‘Une visite au Louvre’ (2004)
Ik post ook een tweede film over Schoenberg, ‘Einleitung zu Arnold Schoenbergs Begleitmusik zu einer Lichtspielscene’ (1973), omdat ik daar getroffen werd door een dictum van Brecht.
Einleitung zu Arnold Schoenbergs Begleitmusik zu einer Lichtspielscene’ (1973)
“Zij die tegen het fascisme zijn zonder tegen het kapitalisme te zijn, die zeuren over de barbarij die voortkomt uit de barbarij, zijn als mensen die hun deel van het kalf willen eten, maar het kalf niet willen slachten.”
“Die gegen den Faschismus sind, ohne gegen den Kapitalismus zu sein, die über die Barbarei jammern, die von der Barbarei kommt, gleichen Leuten, die ihren Anteil vom Kalb essen wollen, aber das Kalb soll nicht geschlachtet werden.”
Bertolt Brecht
Mocht dit een politieke column zijn, eerder dan een overlijdensbericht, ik zou op de magistrale denkfout van Brecht wijzen.
Politiek
Oh ja, Straub en Huillet waren grote fans van John Ford. Waarom, dat kom ik ooit wel eens te weten, maar nu niet, want nu moet ik naar een volgende dode. De dood slaapt nooit, verzuimt nooit haar werk te doen.
Alhoewel, bij het ter perse gaan van dit artikel lezen wij (ondanks de paywall, foei, belastingsgeld ontvangen en dan het publiek niet laten meelezen) in dat tijdschrift Fantômas dat zij van John Ford hielden ‘omwille van de zeer concrete manier waarop hij met geschiedenis en gemeenschap omging.’
In een panelgesprek van 1970 waar ook Pierre Clémenti, Miklós Jancsó en Glauber Rocha aan deelnamen zei Straub:
“For example John Ford’s movies are profoundly political.”
“De films van John Ford, bijvoorbeeld, zijn ten diepste politiek.”
Jean-Marie Straub
Daar heb ik de volgende bedenking bij. Hoe dacht Straub over de film over Vietnam waar Ford bij betrokken was en waar hij zich niet afkerig van die oorlog toonde?
Ach, zoals Hermans ooit zei, op het einde krijgt iedereen altijd ongelijk. En op een moment zoals dit, als je net een aantal films van Straub en Huillet hebt proberen te verhapstukken, wenste je dat Straub en zijn vrouw films als die van John Ford hadden gemaakt. Verstrooiend en verheffend. Niet dus.
Construction phases of the Centre Pompidou set to the tones of “Black Cow” (1977) by Steely Dan.
Richard Rogers was a British architect. He is best known for designing and building the Centre Pompidou (1977), the first postmodern building.
The film above is a strange juxtapoem. It is a film of the construction phases of the Centre Pompidou set to the tones of “Black Cow” (1977) by Steely Dan.
Jean-Paul Belmondo was a French actor known for his boxer’s nose and rubbery lips.
Breathless (1960)
He is famous for breaking the fourth wall in the nouvelle vague film Breathless (1960); for his stunts and bravado in That Man from Rio (1964); and for painting his face blue in Pierrot le Fou (1965).
Pierrot le Fou (1965)
In the beginning of his career, he played in both art films and commercial films, later on he only followed the money and the popularity, flat out saying:
“I really prefer making adventure movies like Rio to the intellectual movies of Alain Resnais or Alain Robbe-Grillet.”–Jean-Paul Belmondo, The New York Times, 1964