Toen Gina Lollobrigida een paar weken geleden stierf, schreef ik dat de tijd van de seksuele revolutie geen pretje moet geweest zijn voor vrouwelijke filmactrices. Als je mooi was kon je alleen maar een ‘seksbom’ zijn. Raquel Welch kon daar van meespreken. In elk overlijdensbericht stond de term ‘sekssymbool.’ Maar dat ze behoorlijk acteren kon en best goed kon zingen. Stond dat er?
Eva Berghmans van De Standaard schreef daar een goed stuk over. Nu ja, een goed geschreven stuk want je voelt bij het lezen ervan wel de behoefte aan een breder perspectief. We vonden dat perspectief niet. Ten eerste, voor veel vrouwen is hun uiterlijk hun seksueel kapitaal, en dat seksueel kapitaal laat zich vrij vlot vertalen in financieel kapitaal; survival of the prettiest, u kent het verhaal. Ten tweede, niet elke mooie vrouw wordt getypecast als seksbom. Zelfs niet in de tijd van Raquel. Neem Faye Dunaway, Jean Seberg, Catherine Deneuve. Stuk voor stuk prachtige actrices geboren rond dezelfde tijd als Welch, maar niet weggezet als seksbom. Misschien omdat ze hun rollen voorzichtiger kozen? Omdat ze zich niet lieten zien in dierenhuidenbikini’s in belachelijke films? Omdat ze geen lachwekkende kitschdansshows opnam in zilverblinkende ruimtepakjes?
Ik zal niet betwisten dat Welch acteren kon. Ik heb genoten van haar prestatie in Bedazzled (1967) waarin ze de verpersoonlijking van lust speelt met de toepasselijke naam Lilian Lust, de werkneemster van de duivel in dat faustiaanse verhaal. Maar de zaak blijft dat Welch vooral herinnerd zal worden (en voor hoe lang, dat weet niemand) voor die ene publiciteitsfoto die op de set van de dinosaurusfilm One Million Years B.C. (1966) werd geschoten. Ze draagt daar een bikini van dierenhuiden en ze kijkt met zeer verbeten blik naar iets wat buiten ons gezichtsveld ligt. Dat was de foto die haar reputatie als ‘seksbom’ cementeerde.
En zingen kon ze ook. Wie het ooit zag zal niet snel vergeten hoe heerlijk ze “Different Drum” (1964) van The Monkees voor veertigduizend Vietnamsoldaten bracht. En dat is geen gemakkelijk nummer.
Maar wij blijven haar associëren met die bikiniposter én met de kitschdansperformance die ze in 1970 in Mexico ten beste bracht, in het kader van haar groots opgezette televisieshow Raquel!. waarin ze “California Dreamin'” van Marlena Shaw zong. Op de achtergrond onder andere de Solar Disc van Jacques Moeschal.
Welch heeft een groot stuk van haar leven tegen de typecasting als ‘sekssymbool’ gevochten maar uiteindelijk die vroege periode waarmee ze altijd geassocieerd zal worden, omarmd.
Haar gevecht was sowieso tevergeefs omdat seks zo complex is. Enerzijds was de seksuele revolutie bevrijdend. Jongeren konden van elkaars lichamen genieten zonder de vrees zwanger te worden. Maar anderzijds was de revolutie ook een collectieve zinsbegoocheling. Want was het ook niet gewoon een manier om alfamannen makkelijker toegang te verschaffen tot jonge vrouwenlijven? Met meisjes die moeilijk konden weigeren omdat ze door de pil geen excuus meer hadden? Men beloofde vrijheid. Maar die jonge vrouwen werden er niet noodzakelijk beter van. In de radicale jaren zestig-strijd voor burgerrechten kregen vrouwen nog vaak de rol toebedeeld van secretaresse en stencilmachinebediener. De revolutionair Black Panther Stokely Carmichael, die ooit met Miriam Makeba getrouwd was, zou zich ooit hebben laten ontvallen dat de positie van de vrouw in de tegencultuur zich beperkte tot een horizontale: onder een mannenlijf.
Ook de betamannen werden niet beter van de seksuele revolutie. Als de alfamannen een harem van vrouwen hebben, blijven zij vrouwloos en gefrustreerd achter. Ze werden de malcontente incels van tegenwoordig.
Bood die nieuwe seksuele moraal ondanks alles toch vooruitgang? Ik geloof van wel. Maar is vooruitgang niet het inruilen van het ene ongemak het andere? Of moeten moeten we de levensles ruimer zien? Mannen en vrouwen als slachtoffer van hun geworpenheid? Ja, laten we dat nog maar eens doen. Men kan hen alleen maar aanraden er samen het beste van te maken.
Rust zacht Raquel.