In de Verenigde Staten stierf Barrett Strong. Hij was zanger, pianist en songschrijver.
Hij scoorde de eerste hit voor Motown met “Money (That’s What I Want)” (1959). ‘Geld, dat is wat ik wil’, dat zo geestig gecoverd werd door The Flying Lizards in 1979. Het staat in mijn top 1000.
‘De beste dingen in het leven zijn gratis,’ zong hij daar ‘maar die mag je aan de bloemetjes en de bijtjes geven, ik wil geld, geld is wat ik wil.’
Strong zong dit lied maar hij schreef de tekst ervan niet. Tenminste, dat zegt Motown. Strong betwistte dat.
Maar hij schreef wel de teksten van “I Heard It Through the Grapevine” (1967), “War” (1970) en “Papa Was a Rollin’ Stone” (1972). Het eerste werd bekend in de versie van Marvin Gaye, het laatste in de handen van de Temptations. “War” was de enige hit van de relatief onbekende Edwin Starr. Met dubbele ‘r’.
“Grapevine”
“Grapevine” is een breakup song. Een meisje of een jongen moet via het roddelcircuit vernemen dat de geliefde met iemand anders aan het rotzooien is. Ach ja, alles geoorloofd in oorlog en liefde, nietwaar?
“Papa Was a Rollin’ Stone”
En de vader in “Papa Was a Rollin’ Stone”? Daar heeft die zoon dan weer weinig geluk mee gehad. Papa was een vrouwenzot die meer dan een gezin had en niet naar zijn kinderen omkeek. Al wat hij hen naliet was eenzaamheid. Het archetype van de afwezige vader in Afro-Amerikaanse gemeenschappen werd voor het eerst onder de aandacht gebracht in The Negro Family: The Case For National Action (1965) beter gekend als het Moynihan Report, zo genoemd naar de auteur Daniel Patrick Moynihan (1927-2003).
“War”
Hoewel ik volkomen begrijp waarom “War” zo populair is — het is een absolute meezinger — blijft het een saaie song met middelmatige lyrics. ‘Oorlog!’, ‘Waarvoor dient het?’, ‘Helemaal nergens voor!’.
Strong schreef zijn werk samen met Norman Whitfield, die verantwoordelijk voor de muziek was.
Als het werk van dit tweetal nieuw is voor u, check dan “Cloud Nine” (1968), “Hum Along and Dance” (1970), “Smiling Faces Sometimes” (1971) en “Just My Imagination (Running Away with Me)” (1971).
Met zo’n palmares zou je denken dat Strong rijk gestorven is, maar dat is niet het geval want in het verleden verkocht hij zijn eigendomsrechten voor twee miljoen dollar en hij richtte met dat geld een opnamestudio in die mislukte.
Rust zacht Barrett.