Tag Archives: Belgian music

RIP Jean-Marie Aerts (1951 – 2024)

Toen Arno twee jaar geleden stierf deed ik daar een beetje smalend over; ik heb namelijk nooit van Arno gehouden. Dat kan aan mijn eigen afgunst liggen maar misschien is er meer aan de hand, want ik benijd immers niet ieders succes en van velen vind ik dat ze net méér bijval verdienen dan hen bij leven ten deel viel.

“Oh My” (2022)

Dat vind ik ook van Jean-Marie Aerts die pas gestorven is en die eigenlijk alleen bekend is voor zijn bijdragen aan T.C. Matic.

Aerts was een achtergrondfiguur, geen schijnwerperzoeker. Hij zat aan de knoppen, mixte, programmeerde, arrangeerde, net als Holger Czukay (1938 – 2017) waar Aerts mee samenwerkte op de plaat Charlatan van T.C. Matik.

“Cool hé jongen” (1982)

Zonder dat ik het wist kwam Aerts het eerst op mijn radar met “Cool hé jongen” (1982) van Kurt Van Eeghem, een track die hij opnam, programmeerde en mede-schreef.

Ook het uitstekend klinkende Westende songs (2005) van Kris De Bruyne leer ik nu kennen.

Maar het aangenaamst verrast ben ik door een recente plaat van Aerts: Domeztik (2022) Daarop staat “Oh My!” en daar heb ik nu toch al een keer of vijf na elkaar naar geluisterd.

DS heeft een mooie necrologie door Peter Vantyghem en Filip Tielens.

DM-lezers moeten het stellen met Gunter Van Assche.

Maar daar gaat het nu niet over.

Rust zacht Jean-Marie.

RIP Lou Deprijck (1946 – 2023)

“Que Tal America” (1977)

 Lou Deprijck was een Belgisch muziekmaker, zanger en producer gekend voor composities als “Que Tal America” (1977), “Ça plane pour moi” (1977), “Disco Samba” (1978) en “Kingston, Kingston” (1978).

Eind jaren zeventig was zijn bloeiperiode. Vele van zijn platen waren beststellers.

Continue reading

RIP Gaston Bogaerts (1921-2022)

Gaston Bogaerts was een Belgisch musicus and drummer; stichtend lid van The Chakachas, waar ook de vader van Raymond van het Groenewoud deel van uitmaakte.

“Jungle Fever” (1970)

Hij was betrokken bij de creatie en de opnames van de volgende legendarische composities: “Eso Es El Amor” (1958), “Jungle Fever” (1970) and “Yo Soy Cubano” (1970).

Legendarisch omdat ze via allerlei samples een langer leven beschoren waren dan in de lijn der verwachtingen lag. “Jungle Fever” zal misschien nog het langst in het collectieve geheugen blijven hangen.

Niet alleen omdat het een heel groovy nummer is, maar vooral ook omwille van het gekreun dat erin voorkomt.

Als u houdt van gesteun, gehijg en gekreun, check dan ook “Je t’aime… moi non plus” (1969) van Serge Gainsbourg, “Pillow Talk” (1973) van Sylvia Robinson, “Love to Love You Baby” (1975) van Donna Summer, “Stained Sheets” (1979) van James Chance, “I’m A Big Freak (R•U•1•2)” (1978) van Phreek en “French Kiss” (1989) van Lil Louis.

RIP André Stordeur (1941 – 2020)

André Stordeur was a Belgian musician.

To be honest, I’d never heard of Stordeur.

He did the soundtrack to Office Baroque (1977) but that’s not on YouTube.

Sub Rosa compilation of the work of Stordeur

There is, however, a fine selection of his recordings by Sub Rosa Records on YouTube.

Once again it is clear that electronic popular music (Telex) and electronic art music (Stordeur) are miles apart. That there is no overlap in audience nor in historiography between the likes of art music electronic music practitioners such as Stordeur and counterparts such as Telex who work in the popular idiom.