Tag Archives: Belgium

RIP Herman Selleslags (1938 – 2024)

De Belgische fotograaf Herman Selleslags stierf. Het doet me denken aan mijn kindertijd en pubertijd, de HUMO-jaren.

Interview met Selleslags, onder andere hoe hij er in slaagde de Rolling Stones te interviewen.

In Intimiteit onder de melkweg (1994) schrijft Herman de Coninck over de fotograaf:

‘In elk geval herinner ik me dat Herman Selleslags vaak zei dat deze of gene een smoel had waar hij niets mee kon aanvangen. Zoals er natuurlijk ook mensen zijn met wie je niets kunt aanvangen.’

In 2016 dook het werk van Selleslags uiteraard ook op in de voortreffelijke docuserie België scherpgesteld van Bucher en Buedts en daarin werd ook het licht geschenen over die beruchte foto van de zijn roes uitslapende man in de Pelikaanstraat, in de buurt van discotheek Samson waar wij indertijd nachtbraakten.

RIP Benoît van Innis (1960 – 2024)

Promofilmpje voor Instant Light

Als doodgraver heb ik zo mijn pleziertjes.

Soms neem ik eigenhandig de beitel ter hand en kap een opschrift in een grafsteen.

Ik deed dat met die van de Belgische illustrator Benoît van Innis die niet minder dan 35 bijdragen mocht leveren aan The New Yorker. Niet minder dan 35. Maar ook niet meer.

Dat hij nooit is doorgebroken als echte ‘artiest’ is hem altijd dwars blijven zitten. Geen nood, hier wordt hij in eer hersteld. Hij krijgt een mooier plekje dan veel ‘echte’ artiesten: op dat heuveltje, net een beetje hoger, lommerrijk omgeven door treurberken, waar ook Paul Ibou ligt.

Op zijn steen kap ik:

‘Ik struikel wankel door de harde vaste eeuwigheid’ van Federico García Lorca. Benoît hield daarvan.

Ik moet aan Roland Topor denken als ik Benoît zie.

Er is een promofilmpje voor Instant Light, een coronatentoonstelling die Benoît hield in Mechelen met tekeningen die hij dagelijks maakte in die surreële periode.

Op de achtergrond leest Ann Meskens mooie woorden uit Mijn laatste snik (1982) van Luis Buñuel.

Ann leest mooi voor. Ook de tekst doet mij aan Topor denken, aan Mémoires d’un vieux con (1975) bijvoorbeeld.

Iedereen hield van Benoît.

Rust zacht Benoît.

RIP Lou Deprijck (1946 – 2023)

“Que Tal America” (1977)

 Lou Deprijck was een Belgisch muziekmaker, zanger en producer gekend voor composities als “Que Tal America” (1977), “Ça plane pour moi” (1977), “Disco Samba” (1978) en “Kingston, Kingston” (1978).

Eind jaren zeventig was zijn bloeiperiode. Vele van zijn platen waren beststellers.

Continue reading

RIP Paul Ibou (1939 – 2023)

Iemand zoals Paul Ibou, die hier een tijdje geleden aankwam, waar moet ik die leggen? Bij de Belgen? In de buurt van de recent overleden zanger Arno? Bij de grafische ontwerpers? Bij de beeldhouwers? Bij de kunstenaars? Bij de I van Ibou?

Paul Ibou wordt geïnterviewd naar aanleiding van zijn prijs bij de Ultimas van 2019.

Ik heb ‘m uiteindelijk op het Belgische perk gelegd, zijn werk mag dan wel een zekere wereldklasse uitstralen, het was niet genoeg in het buitenland gekend om hem bij de grafici te leggen.

Rust zacht Paul.

RIP Gaston Bogaerts (1921-2022)

Gaston Bogaerts was een Belgisch musicus and drummer; stichtend lid van The Chakachas, waar ook de vader van Raymond van het Groenewoud deel van uitmaakte.

“Jungle Fever” (1970)

Hij was betrokken bij de creatie en de opnames van de volgende legendarische composities: “Eso Es El Amor” (1958), “Jungle Fever” (1970) and “Yo Soy Cubano” (1970).

Legendarisch omdat ze via allerlei samples een langer leven beschoren waren dan in de lijn der verwachtingen lag. “Jungle Fever” zal misschien nog het langst in het collectieve geheugen blijven hangen.

Niet alleen omdat het een heel groovy nummer is, maar vooral ook omwille van het gekreun dat erin voorkomt.

Als u houdt van gesteun, gehijg en gekreun, check dan ook “Je t’aime… moi non plus” (1969) van Serge Gainsbourg, “Pillow Talk” (1973) van Sylvia Robinson, “Love to Love You Baby” (1975) van Donna Summer, “Stained Sheets” (1979) van James Chance, “I’m A Big Freak (R•U•1•2)” (1978) van Phreek en “French Kiss” (1989) van Lil Louis.