Tag Archives: 1934

RIP Daniel Kahneman (1934 – 2024)

Ik zag ooit een Franse documentaire waar een man vertelde hoe er twee soorten mensen zijn: de impulsieven en de voorzichtigen.

The Trouble of Confidence by Daniel Kahneman

De impulsieve is bij het begin van zijn leven optimistisch, gelukkig en vrij van angst. Omdat hij vaak zomaar wat doet, zonder er veel over na te denken, loopt hij met regelmaat met zijn hoofd tegen de muur. Daardoor wordt hij naarmate zijn leven vordert en hij een aantal teleurstellingen dient te verwerken, wat angstiger, wat minder optimistisch en ook minder gelukkig.

De voorzichtige begint angstig, vrij pessimistisch en alleen al door het vooruitzicht het leven te moeten aanvatten een beetje bedrukt. Hij zal zijn jobs voorzichtig kiezen, een vrouw binnen zijn bereik het hof maken en zeer rationele beslissingen nemen over wonen, werken en voortplanten. Naarmate hij ouder wordt, zullen de opeenvolgende succes-ervarinkjes hem vrolijker en optimistischer maken.

Tegen de tijd dat ze zestig zijn, zijn de impulsieven en de voorzichtigen even gelukkig en optimistisch. Ze blaken op die leeftijd allebei van evenveel of even weinig zelfvertrouwen.

Such is life.

Was de man die dat zei Daniel Kahneman en die documentaire A la poursuite du bonheur (2008)? Ik weet het niet.

Maar dat is de essentie van Kahneman niet, Kahnemans grootste verdienste is dat hij bewezen heeft dat mensen geen rationele wezens zijn.

Continue reading

RIP Otar Iosseliani (1934 – 2023)

Favorites of the Moon (1984)

In Frankrijk stierf Otar Iosseliani, een in Georgië geboren schijnbaar vergeten filmmaker.

In 1982 week hij uit naar Frankrijk en daar maakte hij Les Favoris de la lune (1984), een film die objecten eerder dan mensen als hoofdpersonages heeft.

Een porseleinen servies en een 19de-eeuws schilderij gaan van hand tot hand.

Het schilderij, bij elke diefstal uit de lijst gesneden, wordt steeds kleiner en het porseleinen servies breekt op het einde van de film in duizend stukken.

De titel van de film verwijst naar Shakespeares Henry IV, waarin de dieven ‘the minions of the moon’, de gunstelingen van de maan, genoemd worden.

Het concept van objecten als personages doet denken aan de Amerikaanse film Twenty Bucks (1993) waar een 20 dollar biljet de ‘hoofdrol’ speelt.

Rust zacht Otar.

RIP Giovanni Anselmo (1934 – 2023)

Untitled (Sculpture That Eats) (1968) van Giovanni Anselmo

Giovanni Anselmo was een Italiaans kunstenaar die werkte binnen de arte povera scene. Ik geloof dat er een moment is geweest in de Italiaanse kunst dat alle kunstenaars binnen dat ‘arme kunst’ paradigma werkten. Ik heb er – enkele voorbeelden niet te na gesproken  – werkelijk een hekel aan, geef mij maar de oppervlakkigheid van pop art.

Het werk waarvoor Anselmo zijn voorlopige plaats – de eeuwigheid zal hij vrees ik niet halen  – in de geschiedenisboeken krijgt is ‘Senza titolo (Struttura che mangia)’, ‘Zonder titel (Structuur die eet)’. Het werk bestaat uit een granieten paaltje waar de kunstenaar een krop sla tegenhoudt met een andere granieten blok. Met een ijzerdraad bindt hij het geheel vast. Naarmate de krop sla verwelkt, wordt de biomassa kleiner en zal de granieten blok naar beneden vallen. Waarop de museumdirectie een nieuwe krop sla moet gaan halen bij de sla-boer. Want, tja, de structuur heeft de sla opgegeten.

Desalniettemin, rust zacht Giovanni

RIP Aldo Lado (1934 – 2023)

Aldo Lado was een Italiaans filmregisseur bekend voor zijn giallo films.

Giallo is Italiaans voor geel en die naam werd gegeven aan een reeks detectiveromans die sinds 1929 door uitgeverij Mondadori op de markt werd gebracht. Elk van die romannetjes had een gele cover, vandaar de naam.

Short Night of Glass Dolls (1971)

Lado debuteerde met Short Night of Glass Dolls (1971), een mengelmoes van giallo en politieke thriller, twee genres populair tijdens de loden terrorjaren van Italië.

Korte nacht van de glazen poppen (1971), zo zou je de Italiaanse titel letterlijk kunnen vertalen, ik weet niet onder welke titel hij hier uitkwam, vertelt het verhaal van een journalist die ‘dood’ in een mortuarium wordt binnengebracht maar in werkelijkheid nog leeft. Hij zit gevangen in zijn eigen lichaam, zijn zintuigen registreren de buitenwereld nog maar hij kan helaas op geen enkele manier meer bewegen.

Via flashbacks gaan we naar de oplossing van zijn moord.

Schneider, in zijn boek 100 European Horror Films, zegt dat de film vol zit met ‘politieke metaforen van klassenonderdrukking en zedelijk verval van de maatschappelijke elites. Weinig clichés van de giallo,’ zegt hij, ‘geen moordenaars met zwarte lederen handschoenen, geen scheermessen noch biseksuele modemodellen.’

Wel enkele blinden, als ik mij niet vergis ook een terugkerend plotelement in de giallo, zoals bijvoorbeeld de blinde Karl Malden in The Cat o’ Nine Tails (1971).

Rust zacht Aldo.

RIP Alan Arkin (1934 – 2023)

Alan Arkin was een Amerikaans acteur die wij ons vooral herinneren als soldaat Yossarian in Catch-22 (1970) en de grootvader in Little Miss Sushine (2006).

‘Eens kijken of ik het goed begrijp. Om aan de grond gehouden te worden moet ik gek zijn. Maar als ik vraag om aan de grond gehouden te worden, betekent dat dat ik niet gek ben,’ vraagt Yossarian aan zijn overste in de film Catch-22 (1970)

Catch-22 is een verfilming van de gelijknamige roman uit 1961 van de Amerikaanse schrijver Joseph Heller. Ik las die roman in China, waar ik veel las.

Een catch is Engels voor een addertje onder het gras. Zo is er in het boek sprake van een regel die zegt dat ieder die niet goed bij zijn verstand is, naar huis mag. Daartegenover staat de volgende regel, de eigenlijke Catch-22: iedereen die naar huis wil, is blijkbaar erg verstandig en komt dus niet in aanmerking voor ontslag uit de dienst.

Het is het typevoorbeeld van de cirkelredenering.

‘Er was slechts één ‘maar’, en dat was de bepaling Catch-22, die luidde dat wie zich bij werkelijk en onmiddellijk gevaar bekommert om zijn eigen veiligheid blijk geeft van een rationele geest.’

–Catch-22
Alan Arkin in Little Miss Sushine (2006)

In Little Miss Sushine is Arkin een je-m’en-foutistische, heroïne-snuivende, vuilgebekte doch zeer beminnelijke opa.

Rust zacht Alan.

RIP Joseph Tarsia (1934 – 2022)

“You Never Loved Me” (1980)

Joseph Tarsia was een Amerikaans geluidstechnicus.

Als ik eind jaren negentig platen begin te verzamelen, duurt het niet lang of ik lees bij thuiskomst de kleine lettertjes op de hoezen van mijn oogst. Welk label, wie speelt erop mee, waar wordt het opgenomen, wie doet de hoes? Wie zijn de onbezongen en onbewierookte helden? Wie doet het vuile werk (*) achter de schermen?

Ik was, weet ik nu, op zoek naar metadata.

Ik deed dat platenjagen met een lijst van duizend platen in mijn hand. Letterlijk. Een aantal A4’tjes met maxi-singles die de legendarische deejay Larry Levan ooit in de New Yorkse discotheek Paradise Garage draaide, dus het is niet zo verwonderlijk dat ik de naam Joe Tarsia – de man die eerder deze week overleed – vaak tegenkom want in zijn studio’s, de Sigma Sound Studios, werden de platen opgenomen van Philadelphia International en Salsoul Records, labels waar ik indertijd bijzonder gek op was, vooral dat laatste label dan.

Een naam die ik in die periode ook veel tegenkom is Herb Powers, Jr., en die leeft nog. Hij maakt ‘masters’, dat wil zeggen hij transfereert de muziek die op tape opgenomen is in de studio, op actetaat. En dat acetaat moet dan weer dienen om er vinylplaten mee te persen. Je kan elders op het interweb Herb Powers, Jr. zien uitleggen hoe het opnemen van een ‘master’ in zijn werk gaat. Meer over Herb, als Herb sterft, tenzij ik eerder sterf maar dat is statistisch onwaarschijnlijk.

Terwijl ik dit necrologietje schrijf, luitster ik naar een plaatje dat ene Ava Cherry ooit opnam in Tarsia’s studio. Helemaal niet slecht: “You Never Loved Me” (1980).

(*) Dat vuile werk, dat bedoel ik niet zo, ik bedoel, wie doet mooi werk maar staat niet in de schijnwerpers?.

RIP Joseph Tasia