‘Ideeën komen op ons af, we creëren ze niet, we vangen ze gewoon, net als vis. Geen enkele chef-kok krijgt ooit de eer voor het maken van de vis, wél voor het bereiden van de vis.’
D. Lynch
Messcène uit Blue Velvet
Ideeën zijn als vissen
Wat David Lynch over die vissen zei heb ik altijd onthouden. Het is natuurlijk een door en door platonische houding: u weet, Plato beweert dat het idee van een stoel de eigenlijke stoel voorafgaat en dat een schilderij van een stoel dus twee stappen van de werkelijkheid verwijderd is, vermits hij de ‘idee’ van de stoel de werkelijkheid noemt, niet de stoel zelf .
Het zijn de woorden van Jahsonic en hij spreekt tot zijn oude leermeester, de grijsaard die daar achterover leunt in de sofa, de man die hem de stiel van het doodgraven geleerd heeft.
‘Zo noem ik zelfmoord tegenwoordig. Een domdaad.’
‘Ben je van Boxsel beginnen lezen, jongen?’
Jahsonic knikt.
‘Uit het leven stappen, zegt men tegenwoordig, maar ik noem het de opperdomdaad.’
‘En wie heeft er een einde aan gemaakt Jahsonic?’
‘Jeff Baena, de Amerikaan die met David O. Russell de medeschrijver is van I Heart Huckabees (2004), met gemak een der vermakelijkste films van de laatste twintig jaar.’
I Heart Huckabees trailer
‘Oh, ik zag die film ook,’ kirt Leonardo, die vandaag goed bij de pinken is.
Little shop of horrors. In de stoel: de masochistische tandartspatiënt Jack Nicholson.
Haze speelde mee in een groot aantal films van Roger Corman en wij hebben heel warme herinneringen aan The Little Shop of Horrors (1960), een heel geestige film over een vleesetende plant met een onstilbare honger.
Het gezicht van Haze naarmate hij de excessen van de plant steeds beter onder ogen begint te zien. Kostelijk.
In de Verenigde Staten stierf actrice Teri Garr, gekend voor rollen in films zoals Young Frankenstein (1974), de makkelijkste weg om u naar mijn universum te transporteren, via de ondertussen bijna honderdjarige Mel Brooks, wiens werk ik zeer bewonder.
The “Put the candle back!” scene in Young Frankenstein
‘Om de dood te kennen moet je het leven in de galblaas neuken’ —Udo Kier in Flesh for Frankenstein (1973)
Filmmaker Paul Morrissey sterft en ik Leonardo, hoofddoodgraver van Dodenstad, zit met een dilemma. Eigenlijk zou ik hem hier helemaal nergens willen leggen, maar ik moet wel. Heel de entourage van Andy Warhol, al die Superstars, zullen hier uiteindelijk wel een plekje moeten krijgen maar het is van mijn kant uit niet van harte.
Paul maakte zijn beste films onder de vleugels van, en waarschijnlijk ook met het geld van, Andy.
Zo was er Flesh (1968), Trash (1970), Heat (1972), Flesh for Frankenstein (1973), en Blood for Dracula (1974). Waren dat goede films? Nee, maar interessant waren ze wel omdat ze de weg wezen naar film die meer dan film kon zijn: een poort naar een andere wereld.
Wat erna kwam was de moeite niet waard. Heat heb ik al vertoond toen Sylvia Miles stierf, ik ga mij tevreden stellen met een klein clipje dat moet aantonen dat Morrissey niet kon schrijven, noch regisseren: de scène in Flesh for Frankenstein (1973) waarin Udo Kier zegt: ‘Om de dood te kennen moet je het leven in de galblaas neuken’ en terwijl ik deze woorden noteer, moet ik toch wat glimlachen.
“Me and Bobby McGee” (1971) in de versie van Janis Joplin
In de Verenigde Staten stierf Kris Kristofferson, bekend als countryzanger en acteur.
Hij was de co-auteur van “Me and Bobby McGee” (1971), bekend van de versie van Janis Joplin en voor de onvergetelijke verslijn, ‘vrijheid is gewoon een ander woord voor niks te verliezen hebben.’
Een uiterst mooie man, zegt mijn vrouwelijke ceremoniemeester Joconda die erg van hem genoten heeft in A Star Is Born (1971) waarin hij een zelfdestructieve rockmuzikant speelt.
De Amerikaanse cinema telt voortaan een ster minder. Geen nood, een heleboel sterren-in-wording staan aan te schuiven om haar plaats in te nemen. Gena Rowlands was een cult-ster. Toch vond Danny Peary, auteur van Cult movie stars (1996) het niet opportuun haar in zijn gids op te nemen. Teveel pretentie? Teveel kunstambities? Teveel sérieux? Wie zal het zeggen.
Gena was getrouwd met filmmaker John Cassavetes (1929 – 1989) en ze speelde in tien van zijn onafhankelijk geproduceerde films. Men heeft die films beschreven als intens, rauw, met diepgaande verkenningen van de menselijke natuur.
Minnie and Moskowitz (1971). De parkeerwachter doet Gena een huwelijksaanzoek.
Minnie and Moskowitz (1971) is zo’n Cassavetes film waar Rowlands een museumconservator speelt die na een relatiebreuk – ontgoocheld in de liefde – met parkeerwachter (Seymour Cassel) in bed belandt. Ze probeert nog van hem af te geraken want de parkeerwachter is lang zo knap niet en een beetje ordinair en ook wat raar, maar het lukt haar niet, ze kan hem niet van haar afschudden, en zo erg is dat ook niet want alleen is maar alleen, nietwaar?
In Het verzuim van de dood (2005) wordt er lange tijd niet gestorven. In de echte wereld gebeurt dat uiteraard nooit, het sterven houdt nooit op. Dit keer was het de beurt aan Shelley Duvall, de heel magere, met grote konijnentanden begenadigde Amerikaanse actrice die bekend werd met rollen als Wendy, de door Jack Nicholson belaagde echtgenote in The Shining (1980).
De “Here’s Johnny!” scène is bijna even iconisch als de douchescène in Psycho.
U herinnert zich vast wel hoe Shelley als Wendy achter een deur staat en hoe Jack een bijl pakt en de deur inhakt terwijl hij de bekende woorden van de bloedlustige wolf in het sprookje van de drie kleine biggetjes reciteert. Als hij dan uiteindelijk binnen is, houwt zij op haar beurt met een mes in zijn hand, een beetje in de stijl van de handdoorboorscène in Blood Simple (1984), maar veel minder diep in het vlees, het lijkt wel of Jack enkel een schrammetje oploopt. Ze had beter zijn hand afgehakt, maar daar was het de film niet naar en het geïmproviseerde wapen allicht niet scherp genoeg voor.
Ik herinner me hem als detective in Klute (1971) en hoe mooi ik Jane Fonda vond in die brave maar toch perverse film.
Ik herinner me Donalds schreeuwende gezicht helemaal op het einde van Invasion of the Body Snatchers (1978), het moment dat ook hij een ‘body snatcher’ geworden is.
Van Don’t Look Now (1973) herinner ik me scènes in een Venetiaanse kerk. En dat de seks daar echt zou geweest zijn, niet geacteerd.
Sutherland speelt ook de naar Amerika uitgeweken excentrieke Oostenrijker Wilhelm Reich (1897 – 1957) in de videoclip voor “Cloudbusting” (1985) van Kate Bush. Samen met Kate sjouwt hij een regenmachine een berg op terwijl de FBI op het punt staat hem in te rekenen. De regenmachine is een prachtig steampunk-artefact van het team dat de ‘alien’ in Alien (1979) maakte.