Hermeto Pascoal was Braziliaan, componist, veelspeler en fluitist. Hieronder vindt u een heel geestig filmpje van een waterconcert waar iedereen op flessen en fluiten speelt.
Het waterconcert uit ‘Sinfonia Alto da Ribeira’ (1985)
Ik vind dat clipje op de pagina ‘Jazz is dead’, wat mij doet denken aan het ‘bon mot’ van Frank Zappa die ooit zei: ‘jazz is not dead, it just smells funny.’
Het clipje komt uit de film Sinfonia Alto da Ribeira (1985) van Ricardo Lua.
Sebastião Salgado was een Braziliaans fotograaf. Wim Wenders maakte The Salt of the Earth (2014) over zijn werk. Vooral de beelden van de goudmijn Serra Pelada in Brazilië zijn ongelofelijk. Als mieren kruipen duizenden mannen op zelfgemaakte ladders de put in om grond op te halen die eens weer boven op die ladders op goud moet geïnspecteerd worden. Als een iemand van die ladder valt, sleurt hij iedereen onder zich mee de dood in.
De mijn door de ogen van Alfredo Jaar, Robert Nickelsberg en Sebastião Salgado, maar voornamelijk Salgado.
In 1979 vond een kind een goudklompje van zes gram waarop horden delvers bevangen door de goudkoorts kwamen graven. Al snel werden enorme goudklompen ontdekt, waarvan de grootste bijna 6,8 kilogram woog. Er ontstond een dorp waar maandelijks 60 à 80 onopgeloste moorden werden gepleegd. Voor een liter water betaalde men er er meer dan tien dollar.
Vandaag is de mijnput terug vol met water gelopen, het goud is op, wanneer de laatste klompjes gevonden werden, heb ik niet kunnen achterhalen.
Zeggen dat Sérgio Mendes bekend was voor “Mas que nada” klopt natuurlijk, maar hij was er enkel de uitvoerder van, het nummer was van de hand van grootmeester Jorge Ben die het in 1963 schreef en opnam. De versie van Sérgio kwam drie jaar later, in 1966.
“Mas que nada” (1963) van Jorge Ben
Ik heb me niet de moeite getroost te achterhalen waar die song precies over gaat, op het eerste gezicht lijkt het een nonsenslied, de titel laat zich in elk geval wel vertalen als ‘meer dan niets.’
“Magalenha” (1992)
Als ik me niet vergis schreef Mendes zelf geen muziek, ook “Magalenha” van het rauwe Afro-Braziliaanse album Brasileiro (1992) schreef hij niet. En de proto-deep house plaat “The Real Thing” (1976) kwam uit de pen van Stevie Wonder, dat kan je trouwens horen.
“Stillness” (1970)
Er is een plaat die Jahsonic vaak voor mij heeft gedraaid, een van de late platen uit de vroege periode van Sérgio: “Stillness” (1970) van het gelijknamige album, gezongen door Lani Hall die dit jaar 79 wordt.
Ik vermoedde dat er veel geweend ging worden op deze begrafenis. Ik dacht, daar zorgt de muziek wel voor. Het aantal tranen op een begrafenis is meestal recht evenredig met de gekozen muziek.
“Corcovado” (1964)
Mocht ik niet onsterfelijk zijn, ik draaide “Message personnel” (1973) van Françoise Hardy op mijn begrafenis. Tranen gegarandeerd. Veel tranen.
Omdat er op de uitvaart van Astrud Gilberto uit eigen werk gespeeld werd, had ik mij dus aan veel tranen verwacht. De stem van Gilberto is bekend als een van de meest melancholische die men in de 20ste eeuw beluisteren kon.
“Lost in Paradise” van Veloso, gezongen door Costa
In Brazilië stierf de zangeres Gal Costa. Ze werd 77. Ik ben wel wat thuis in Braziliaanse muziek maar met het werk van Costa kwam ik eigenlijk nooit in aanraking. De Dewaele broers postten op hun Facebookmuur een foto[1] met 28 van haar hoezen die zij uit hun platenkast haalden. Mooie foto.
Door een kosmisch toeval was ik net voor Costa’s dood naar Marina Lima beginnen luisteren en nu lees ik op de Wikpiedia-pagina van Costa dat zij verliefd was op Marina. Mooi.
Ik nam me voor de tijd te nemen om het werk van Costa te verkennen maar ik verloor al snel mijn aandacht.
‘My little grasshopper … mijn kleine sprinkhaan.’
“Lost in Paradise” (1969)
Van die luistersessie bleef “Lost in Paradise” me bij omdat het een van de mooiste composities is op Stillness (1970) van Sérgio Mendes met Brasil ’66 waar Lani Hall zo loepzuiver op zingt.
Raul de Souza was a Brazilian trombonist of quite some renown.
Colors (1975)
De Souza released at least two disco-ish songs: “Sweet Lucy” (1977), which is on the Derrick Carter Choice installment, and “‘Til Tomorrow Comes” (1979).
I just finished watching At Midnight I’ll Take Your Soul (1964) and it’s actually quite good. I especially like the atheist bits, his materialist world view, his Nietzschean take on things.
For example, Coffin Joe eats meat on Holy Friday, just to taunt his catholic fellow townspeople.
And consider the opening oration of Coffin Joe:
“What is life? It is the beggining of death. What is death? It is the end of life! What is the existence? It is the continuity of blood. What is blood? It is the reason of the existence!”
All this blasphemous discourse makes you wonder how this went down in Brasil. After all, it was 1964, another four years for 1968 to happen … and … did that even ‘happen’ in Brasil, the sexual revolution?
See atheism in Brazil, the sexual revolution in Brazil.