Tag Archives: United Kingdom

RIP Fay Weldon (1931 – 2023)

Fay Weldon was een Brits auteur vooral bekend om haar boek The Life and Loves of a She-Devil (1983). Bij ons werd dat vertaald als Liefde en levens van een duivelin en er kwam ook een film met Meryl Streep en Roseanne Barr in de hoofdrollen.

She-Devil (1989)

‘She-devil’

Via dat woord ‘she-devil’ leerde ik Weldon kennen, toen ik het tegenkwam in het werk van de Gentse schrijver Pierre Louÿs. Het soort duivelinnen dat ik toen in gedachten had waren slechte vrouwen, succubi en heksen.

Maar de duivelin waar Weldon het over heeft is een heel ander type en dat type heeft de feministische literatuur van de laat twintigste eeuw enigszins beheerst.

De hoofdpersonages van Weldons romans zijn vaak dikke en lelijke vrouwen die verwikkeld zijn in de oorlog der seksen. Die eeuwige strijd tussen man en vrouw. Meteen ook de enige oorlog, zoals u weet, waarin elke partij regelmatig in het bed van de vijand belandt.

Afvallige feministe

Voorts blijkt Weldon een ‘afvallige feministe’ in de stijl van Germaine Greer.

Zo lees ik in De Morgen, naar aanleiding van de vertaling van Dagboek van een stiefmoeder (2009) haar terechte twijfels bij de nieuwe samgengestelde-gezinnen-moraal:

‘Ik wil tonen wat er kan mislopen wanneer je stukken van gezinnen aaneenlijmt. De bloedbanden, psychologische banden en de pikorde in een gezin blijken vaak sterker dan men zou willen. Het gaat me vooral om de kinderen. Mensen denken dat het allemaal erg goed werkt. Ze trouwen, scheiden, hertrouwen en rijgen relaties aaneen en dat is allemaal super, maar de kinderen, die worden op vreselijke manier heen en weer geslingerd. Ik vind dat afschuwelijk … Ik wil erop wijzen wat voor vernielende impact telkens wisselende gezinsstructuren kunnen hebben. Scheiden en hertrouwen en de kinderen daarin meesleuren gebeurt in een waas van verliefdheid. Maar die gaat over en daar sta je dan met je nieuw samengestelde gezin. Misschien, heel misschien was een affaire minder ingrijpend geweest.’

Fay Weldon

En in haar boek Dood van een duivelin (2017) is ze niet mals voor transvrouwen:

‘De man heeft nu de controle over het beste wapen dat altijd was voorbehouden aan de vrouw: het lichaam dat hij benijdde, de stemmingen en fijngevoeligheid. Hij kan haar worden, haar opzuigen, haar in zich opnemen.’

Fay Weldon

Geert Van der Speeten liet nog optekenen dat Weldon in het ‘feministische kamp […] niet graag gezien [was]. Met shockerend bedoelde uitlatingen dat verkrachting eigenlijk niet het ergste is wat een vrouw kan overkomen, of dat vrouwen mannen kleineren zoals mannen vroeger vrouwen kleineerden, werd ze als een verraadster aanzien.’

Gewaagd ja, dat over verkrachtingen. Alleen een vrouw kan zich zo’n uitspraken veroorloven.

Rust zacht Fay.

RIP Vivienne Westwood (1941 – 2022)

Ook van Brits modeontwerper Vivienne Westwood was werk op de Bodypoliticx tentoonstelling te zien waar ik mijn vorig overlijdenbericht naar verwees.

Jordan at SEX

Vivienne Westwood werd bekend tijdens de hoogdagen van de punk en new wave mode, twee undergroundstromingen die zij met haar kleding mee naar de oppervlakte stuwde.

Vivienne at SEX

In 1974 startte ze een modewinkeltje in Londen dat SEX heette en waar ze met haar zaken- en levenspartner Malcolm McLaren, later de manager van Sex Pistols, punkkledij verkocht. Gedaan met de gezonde man-vrouw missionaris-seks van de rock en roll, schenen zij te zeggen met hun van veiligheidsspelden voorziene confectie die elementen uit de kink- en bondagewereld incorporeerde.

Wie van dat soort mode houdt, kan terecht bij de films Liquid Sky en Cafe Flesh, allebei uit 1982.

Rust zacht Vivienne.

RIP Maxi Jazz (1957 – 2022)

“Insomnia” (1995)

Maxi Jazz was een Brits songschrijver, muzikant en zanger vooral bekend als zanger van de groep Faithless die met “Insomnia” (1995) en “Salva Mea” (1995) grote hits scoorden.

Semantisch hebben we hier te maken met een band die zichzelf ‘trouweloos’ of ‘ongelovig’ noemt en die faam bereikte met de hits “God is een deejay”, “Slapeloosheid” en “Red mij”, want dat betekent het potjeslatijn “Salva Mea”.

Het werk van Faithless duikt nergens op in de ‘best of ‘ lijstjes van de critici, niet bij Rolling Stone, niet bij Pitchfork, niet bij NME.

Rust zacht Maxwell.

RIP Terry Hall (1959 – 2022)

“Faith, Hope and Charity” (1982) . Terr Hall is de blanke man met het haar dat een beetje op dat van Robert Smith van The Cure lijkt.

Terry Hall was een Brits muzikant en zanger best gekend voor zijn bijdragen aan the Specials en Fun Boy Three.

Fun Boy Three hebben een lied over gekken die het gekkenhuis overgenomen hebben: “The Lunatics (Have Taken Over the Asylum)” maar ik geef u “Faith, Hope and Charity” (1982) uit datzelfde album, waarin men u verzekert dat ieder het zijne verdient, dat geld niet aan de bomen groeit maar baby’s wel van vrouwen komen. Alsof u dat nog niet wist.

Rust zacht Terry.

RIP Mike Hodges (1932 – 2022)

Openingssène van Get Carter, met het thema van de soundtrack.

Mike Hodges was een Brits regisseur en schrijver gekend voor het schrijven en regisseren van de op een pulproman gebaseerde film Get Carter (1971).

Get Carter wordt tot de beste Britse films ooit gerekend en is vandaag nog erg genietbaar. Allereerst is er Michael Caine, dan is er het totaal gebrek aan gemoraliseer, de soundtrack van Roy Budd en het snelle monteerwerk van John Trumper.

Britt Ekland aan de telefoon met Caine.

De film is van 1971 en de seksuele revolutie raast als een sneltrein door Europa. In deze periode lijkt het erop dat je als vrouw geen enkele rol krijgen kon als je niet bereid was je borsten te laten zien: er is Britt Ekland die ingaat op het telefoonseksverzoek van haar vriendje Carter terwijl zijn vrouw in dezelfde kamer waar hij belt zenuwachtig heen en weer aan het schommelen is in haar schommelstoel terwijl ze naar het ongewogen gezicht van haar man kijkt terwijl aan de andere kant Britt in het bed aan het kronkelen is; er is de vrijpartij met Geraldine Moffat; er is de vrouw die verplicht wordt zich te ontkleden vooraleer ze een dodelijk spuitje krijgt; er is het naakte vrouwenlijk dat uit de rivier gevist wordt.

Drugs zijn ook nooit ver weg. Zo druppelt Caine een of ander goedje in zijn neus als hij per trein op zijn bestemming aankomt.

Terwijl deze film niet tot de verkrachtingswraakfilms gerekend wordt, is hij dat wel. De verkrachting wordt hier verzinnebeeld door een pornofilm waar Caine met tranen in de ogen naar kijkt. Hij ziet hoe zijn nichtje (er wordt gesuggereerd dat het wel eens zijn dochter zou kunnen zijn) in een pornofilm ‘genomen’ wordt.

In een bepaalde scène zegt hij daar beschuldigend over tegen diegene die zijn nichtje voor de camera haalde:

‘Wat zou jij ervan gevonden hebben als het jouw nichtje was dat genaaid werd in die film?’

Get Carter (1971)

Hodges regisseerde heel wat meer. Er was Flash Gordon en ook Pulp, die er erg geestig uitziet.

Rust zacht Mike.

RIP George Oban (1954 – 2022)

https://www.youtube.com/watch?v=mK3OuGInTNc&ab_channel=Bop40
“Crazy Beat” (1985) by Motion (George Oban)

Toen ik Cut ‘n’ Mix nog eens uit mijn boekenkast haalde – overigens voor de verkeerde reden, ik dacht er een citaat van Jean Genet in aan te treffen maar het bewuste citaat bleek eigenlijk in Subculture: The Meaning of Style te staan, een ander boek van Dick Hebdige, te staan – werd ik getroffen door het opschrift:

‘But what are roots? Music is shapeless, colourless.’

‘Maar wat zijn roots? Muziek is vormloos, kleurloos.’

George Oban

Het zinnetje is me nooit eerder opgevallen en als ik vervolgens George Oban googelde, bleek dat de brave man afgelopen januari overleden was.

Ooit speelde Oban bas in Aswad, een Britse reggaeband.

Zijn nummer “Crazy Beat” (1985), dat hij opnam als Motion, staat op Bill Brewsters compilatie Tribal Rites die op Eskimo Recordings uitkwam.

Rust zacht George Oban

RIP Keith Levene (1957 – 2022)

“Death Disco” (1979)

Keith Levene was een Engels gitarist die ik ooit door wat gericht gegoogel op het spoor kwam.

Hij maakte deel uit van The Clash en van Public Image Ltd, Johnny Rottens project na de Sex Pistols.

Hierboven hoort u hem op “Death Disco” (1978). U kan hem ook zien want hoe gek het ook klinkt, ze kwamen ermee op Top of the Pops.

RIP Keith Levene

RIP Angela Lansbury (1925 – 2022)

Lansbury zingt “Little Yellow Bird” (1903) in The Picture of Dorian Gray (1945)

Angela Lansbury was een Britse-Amerikaanse-Ierse actrice die carrière maakte in Hollywood en daar in heel wat films speelde.

Raakvlakken met ons universum zijn The Picture of Dorian Gray (1945) en Gaslight (1944). Dorian Gray, omdat het een van de beste verhalen uit de fantastische traditie is, en Gaslight omdat het een populaire term geworden is in de narcismebestrijding, een met veel enthousiasme uitgeoefende maatschappelijke opdracht van deze tijd. Ook omdat mijn vader mij die film liet zien toen ik jong was en dat maakte heel veel indruk op me, hoe die vrouw op den duur aan haar eigen zintuigen begint te twijfelen.

Naar aanleiding van Lansburys dood zag ik een interview met haar door een Amerikaanse filmjournalist (die ook al dood is). Iemand commentarieerde dat Lansbury nergens ontkent dat ze een goede actrice is — geen valse bescheidenheid toont dus — en toch zeer sympathiek overkomt. Dat doet ze zeker. En wat die lof betreft, u weet wat de La Rochefoucauld zei: ‘lof weigeren is twee keer geprezen willen worden.

RIP Angela Lansbury

RIP Hilary Mantel (1952 – 2022)

Hilary Mantel was een Brits auteur die de laatste jaren vooral in de aandacht kwam omwille van haar historische fictiewerken die zowel door publiek als kritiek geprezen werden.

In mijn universum is ze van belang omdat ze Giulio Camillo uit de kast haalde en onder de aandacht haar lezers bracht.

Giulio Camillo – Mantel noemt hem Guido – ontwierp een geheugenmachine, een method of loci, een geheugenplaatsmethode, een fysiek theatertje bestaande uit schuifjes waarin stukjes informatie geborgen zitten.

“Ik herinner me, zegt hij, ik herinner me Calais, de alchemisten, de geheugenmachine. ‘Guido Camillo bouwt hem voor François, zodat geen koning ter wereld wijzer is dan hij, maar de sukkel zal hem nooit leren gebruiken.”

Zo staat het in haar roman Wolf Hall (2009).

Elke vernoeming van Camillo zal uiteindelijk en onvermijdelijk naar het onovertroffen boek van Frances Yates uit 1965 leiden dat de titel draagt The Art of Memory, het standaardwerk over de geschiedenis van de kunst van het onthouden.

Voor uw amusement geef ik u een gravure uit Utriusque, een boek van Robert Fludd dat Yates in haar The Art of Memory vermeldt.

Uit het werk van Robert Fludd.

Het toont een man in zijaanzicht. Vanuit zijn oog der verbeelding, zijn oculus imaginationis straalt een aantal lijnen die wijzen naar vijf beelden, waaronder een obelisk.

Hij begrijpt de kunst van het onthouden.

U vraagt zich af of iemand die beeldverwijzingen, al die dingen die die man probeert te onthouden, al in kaart heeft gebracht?

Ja hoor, Yates deed het in haar boek dat ik net vermeldde:

“We see a man with a large ‘eye of imagination’ in the fore part of his head; and beside him live memory loci containing memory images. Five is Fludd’s favourite number for a group of memory places, as will appear later, and the diagram also illustrates his principle of having one main image in a memory room. The main image is an obelisk; the others are the Tower of Babel, Tobias and the Angel, a ship, and the Last Judgment with the damned entering the mouth of Hell—an interesting relic in this very late Renaissance system of the mediaeval virtue of remembering Hell by the artificial memory.”

En dat, dames en heren, laat ik even onvertaald omdat ik mij alweer moet haasten naar de volgende dode.

RIP Hilary Mantel.