RIP Peter Higgs (1929 – 2024)

Brian Cox geeft uitleg over het higgsdeeltje tegen Conan O’Brien.

Peter Higgs sterft en ik word herinnerd aan Elementaire deeltje‘ van Michel Houellebecq en aan The Three-Body Problem van Liu Cixin.

Dat zit zo.

Peter Higgs ontdekte een elementair deeltje dat zijn naam kreeg: het higgsdeeltje. Men noemt het ook het godsdeeltje maar dat heeft Peter nooit leuk gevonden want hij was atheïst.

In dat heerlijke boek Elementaire deeltjes (1998) worden mensen vergeleken met elementaire deeltjes. Na het huwelijk worden man en vrouw één vlees en Michel vergelijkt dat met twee elementaire deeltjes die, eenmaal verenigd, voor altijd een onafscheidelijk geheel vormen.

Ook in de instant klassieker The Three-Body Problem (2008) spelen elementaire deeltjes een rol als wetenschappers wereldwijd tot de vaststelling komen dat die deeltjes zich niet meer op voorspelbare wijze gedragen: de wetenschap is stuk.

The Three-Body Problem is een keerpunt in de cultuurgeschiedenis: het is de eerste keer dat China ‘cooler’ is dan het Westen.

Maar daar gaat het nu niet over.

We zijn hier samengekomen voor het afscheid van Peter. Ik geef Peter een mooi plaatsje, naast Ted Kaczynski, nog zo’n een wiskundeknobbel. Rust zacht Peter.

RIP John Barth (1930 – 2024)

Michael Silverblatt interviewt John Barth

Bij dageraad, mijn doodgraver Jahsonic en ik staan tussen de mausolea van het westen. Voor ons staat de in ochtendnevels gehulde doodskist van John Barth (1930 – 2024).

–‘In 1967 schreef John Barth een stuk met de titel “The Literature of Exhaustion” (1967), zegt mijn doodgraver, ‘hij vond dat de roman als medium uitgeput was en hij wilde die uitputting tot zijn onderwerp maken.’

–‘Zo win je altijd natuurlijk,’ zeg ik.

–‘U onderschat Barth. Hij was het die mijn aandacht vestigde op Thomas Brownes ongelofelijke dictum:

–‘Iedere mens is niet alleen zichzelf; mensen worden telkens opnieuw geleefd.’

–‘En wie was Browne?’

–‘Schrijver van Religio Medici uit 1643.’

–‘Had hij het over reïncarnatie?’

–‘Dat denk ik niet, baas, hij was een christenmens. Maar voor ons postmodernen was het een heerlijke ontdekking, want het postmodernisme heeft altijd meer beroep gedaan op stereotypen dan op karakters van vlees en bloed.’

–‘Klinkt wat saai.’

–‘Integendeel, baas. Browne beweerde dat er al vele Diogenessen geweest zijn, en evenzoveel Timons.

–‘En jij was ooit?’

–Een Diogenes, wat anders?’

Hij lacht luid en laat de kist zakken.

RIP Gaetano Pesce (1939 – 2024)

Gaetano Pesce stierf. Hij was 84. Een deel van ons kerkhof werd door hem vormgegeven in 2004. Gaetano had daar zelf om gevraagd nadat hij te weten was gekomen dat Ettore Sottsass enkele mausolea had ontworpen.

Pesce was architect en designer en had een even unieke als herkenbare vorm- en beeldtaal. Zo werkte hij vaak met harsen.

Bekend werk van hem is de ligstoel La Mamma (1969), de sofa Tramonto a New York (1980), het Organic Building (1993) in Japan, de Mourmans Gallery (1994) in Knokke en het kleine promo-vaasje Goto (1995).

Pesce krijgt zijn plaats naast het graf van Ettore Sottsass (1917 – 2007) en in de dichte nabijheid van Andrea Branzi (1938 – 2023), Paolo Portoghesi (1931 – 2023) en Piero Gilardi (1942 – 2023). Elk van deze design-baronnen ontwierp zijn eigen mausoleum. De bezoekers, dat is ons opgevallen, zien er bijzonder stylish uit.

RIP Albert Heath (1935 – 2024)

Albert Heath was een Amerikaans drummer, de laatste levende van de gebroeders Heath.

“Smiling Billy Suite Pt.II” (1975) van de Heath Brothers

Zoals de meeste Gen X melomanen die opgroeiden met vinyl maar overstapten op CD’s (de muzikale fraude van de eeuw), ontdekte ik meneer Heath op de Soul Jazz Love Strata-East (1994) compilatie.

Op die verzameling staat “Smiling Billy Suite Pt.II” (1975) van het album Marchin’ On (1975) van de Heath Brothers.

RIP Marian Zazeela (1940 – 2024)

En in New York stierf Marian Zazeela, een Amerikaans kunstenaar die werkte met licht.

Pandit Pran Nath + La Monte Young, Marian Zazeela en Terry Riley ergens in 1977 in Rome.

Ze was ook kalligrafist, muzikant, schilder en levenspartner van La Monte Young. Die leeft nog.

Ragas of the Night (1977) by Pandit Pran Nath, Terry Riley, Marian Zazeela & La Monte Young

Rust zacht Marian.

RIP Daniel Kahneman (1934 – 2024)

Ik zag ooit een Franse documentaire waar een man vertelde hoe er twee soorten mensen zijn: de impulsieven en de voorzichtigen.

The Trouble of Confidence by Daniel Kahneman

De impulsieve is bij het begin van zijn leven optimistisch, gelukkig en vrij van angst. Omdat hij vaak zomaar wat doet, zonder er veel over na te denken, loopt hij met regelmaat met zijn hoofd tegen de muur. Daardoor wordt hij naarmate zijn leven vordert en hij een aantal teleurstellingen dient te verwerken, wat angstiger, wat minder optimistisch en ook minder gelukkig.

De voorzichtige begint angstig, vrij pessimistisch en alleen al door het vooruitzicht het leven te moeten aanvatten een beetje bedrukt. Hij zal zijn jobs voorzichtig kiezen, een vrouw binnen zijn bereik het hof maken en zeer rationele beslissingen nemen over wonen, werken en voortplanten. Naarmate hij ouder wordt, zullen de opeenvolgende succes-ervarinkjes hem vrolijker en optimistischer maken.

Tegen de tijd dat ze zestig zijn, zijn de impulsieven en de voorzichtigen even gelukkig en optimistisch. Ze blaken op die leeftijd allebei van evenveel of even weinig zelfvertrouwen.

Such is life.

Was de man die dat zei Daniel Kahneman en die documentaire A la poursuite du bonheur (2008)? Ik weet het niet.

Maar dat is de essentie van Kahneman niet, Kahnemans grootste verdienste is dat hij bewezen heeft dat mensen geen rationele wezens zijn.

Continue reading

RIP Richard Serra (1938 – 2024)

Richard Serra, de Amerikaanse kunstenaar met zijn loodzware staande staalplaten — van het soort voor scheepsrompen bedoeld — die je doen voelen alsof je er elk moment door verpletterd kan worden; en die wij intellectuelen kennen van onze bezoeken aan musea als Voorlinden waar we ons recentelijk nog vergaapten aan nieuw werk van Anselm Kiefer, is niet meer.

The Trial of ‘Tilted Arc’ with Richard Serra (1986)

In 1981 kreeg Serra toestemming om een 36 meter lange metalen muur te plaatsen die een New Yorks plein in tweeën sneed. Zij die rond dat plein werkten vonden het spuuglelijk, Serra’s kunstvrienden verdedigden het luidkeels. Serra noemde het werk Tilted Arc, gekantelde boog. Acht jaar later werd het afgebroken.

Op de hoorzitting die voorafging aan de ontmanteling getuigden collega-kunstenaars met woorden van de volgende strekking: beperking van de vrije meningsuiting, het is hier net nazi-Duitsland, het is hier net de Sovjet-Unie, de vrouw van Richard zegde zelfs op aller-moedigste toon dat haar man en zij zouden verhuizen mocht ‘Tilted Arc’ worden verwijderd.

Toch waren er ook enkele intellectuelen die de sculptuur niet zo geslaagd vonden:

“Ik denk dat het volkomen legitiem is om je af te vragen of openbare ruimtes en openbare fondsen wel de juiste context zijn voor werk dat zo weinig mensen aanspreekt – hoezeer het concept beeldhouwkunst er ook door verruimd wordt.”

Calvin Tomkins

en

“[Richard Serra] bestrijdt het afschuwelijke door het afschuwelijke te vergroten. Aan de ellende van het werken in een lelijk en slecht ontworpen gebouw, voegt Serra nog meer ellende toe in de vorm van een sculptuur dat de meeste mensen lelijk vinden … dat het plein blokkeert, dat geen ruimte biedt om op te zitten, dat zon en uitzicht belemmert en het plein onbruikbaar maakt, zelfs op die momenten van vrijheid waarop het weer kantoormedewerkers toestaat om buiten te lunchen.”

Nathan Glazer

Op de hoorzitting die voorafging aan de verwijdering getuigden collega-kunstenaars met woorden van de strekking: beperking van de vrije meningsuiting, het is hier net nazi-Duitsland, het is hier net de Sovjet-Unie. De vrouw van Richard zegde zelfs op alle-moedigste toon dat haar man en zij zouden verhuizen mocht Tilted Arc worden verwijderd.

Het televisiestation Paper Tiger Television [zie boven] maakte een verslag van deze hoorzitting en riep op boze brieven naar Ronald Reagan te zenden.

Rust zacht Richard.

RIP M. Emmet Walsh (1935 – 2024)

En we blijven nog even in de Verenigde Staten. Daar sterft de acteur M. Emmet Walsh en omdat hij nooit een hoofdrol maar altijd bijrollen speelde, noemen we hem een karakteracteur.

Ik heb veel sympathie voor karakteracteurs.

Ook heb ik de beste herinneringen aan Blood Simple (1984) het regiedebuut van de gebroeders Coen waar Walsh de privédetective speelt die de opdracht krijgt een overspelig koppel te vermoorden.

De badkamerscène in Blood Simple

Er is een geweldige scène waarin de overspelige vrouw — het acteerdebuut van Frances McDormand dan weer — de hand van de detective eerst tussen de vensterbank en het schuifraam plet, vervolgens datzelfde hand met een mes doorboort en vastprikt in het hout. Pijnlijk gruwelijk en uitstekend gebracht door Walsh en McDormand. Een monsterlijk meesterlijk schouwspel.

Rust zacht Emmet.

RIP Vernor Vinge (1944 – 2024)

In de Verenigde Staten sterft auteur en wiskundige Vernor Vinge.

Vinge wordt gezien als een voorloper van cyberpunk auteurs William Gibson en Neal Stephenson waar ik zo gek van was toen ik in China woonde en ook in de periode daarna, toen ik Wired las.

Hij is bekend voor zijn uitspraak dat ‘machines op het punt staan over de mensheid te heersen zoals mensen over het dierenrijk hebben geheerst’, het eindpunt van de technologische singulariteit.

True Names (1981) van Vernor Vinge

In 1981 publiceert Vinge het in het Nederlands onvertaalde True Names, een volledig uitgewerkt concept van cyberspace, dat later centraal zou staan in cyberpunk.

Dat boek begint zo:

‘In de tijd van het Eerste Tijdperk van de Magie beschouwde de voorzichtige tovenaar zijn eigen ware naam als zijn meest waardevolle bezit, maar ook als de grootste bedreiging voor zijn toekomstig welzijn, want – zo gaan de verhalen – als een vijand, zelfs een zwakke ongeschoolde vijand, eenmaal de ware naam van de tovenaar leerde kennen, dan konden routinematige en algemeen bekende spreuken zelfs de machtigsten vernietigen of tot slaaf maken. Naarmate de tijd verstreek en we overgingen naar het Tijdperk van de Rede en vervolgens naar de eerste en tweede industriële revoluties, werden dergelijke ideeën in diskrediet gebracht. Nu lijkt de cirkel weer rond (zelfs als er nooit een Eerste Tijdperk is geweest) en maken we ons weer zorgen over ware namen.’

True Names

Rust zacht Vernor.