Tag Archives: RIP

RIP Peggy Moffitt (1937 – 2024)

Basic Black

Peggy Moffitt was een Amerikaans model van de generatie van Twiggy en Jane Birkin. Er bestaat zelfs een foto met hun drieën als ik me niet vergis. Ik vergis me. Het is alleen met Twiggy.

Moffitt zal voor altijd herinnerd worden, enfin altijd, ik schat misschien toch nog zo’n honderd jaar, als het model dat voor het eerst een monokini toonde op 3 juni 1964 met een zwartwit foto genomen door haar partner, de fotograaf William Claxton, die ons al in 2008 verliet.

De monokini is een beetje een flauwe woordspeling op de bikini. Die ‘bi’ van bikini staat niet voor twee zoals in bijvoorbeeld bipolair, maar werd hier toch vervangen door ‘mono’, wat één betekent, zoals u weet.

Er is een modefilm met Moffitt, ‘Basic black’ (1967), die tot een van de eerste ‘mod movies’ gerekend wordt. ‘Mods’, kort voor modernisme, was de naam voor de hippe vogels van het Londen van de jaren zestig van de 20ste eeuw.

Twiggy leeft nog en ook Jean Shrimpton, het mooiste model uit die tijd, is nog even bij de levenden.

Ik reken erop dat mijn doodgraver van de afdeling modedoden een plekje in de buurt van Paco Rabanne, Vivienne Westwood, Thierry Mugler en Pierre Cardin zal voorzien. Dat gezelschap zal elkaar wel wat te vertellen hebben.

Rust zacht Peggy.

RIP Annie Le Brun (1942 – 2024)

Annie Le Brun

In Frankrijk sterft Annie Le Brun. Haar vijf minuten wereldbekendheid vonden plaats in februari 1978 op het Franse boekenpraatprogramma Apostrophe nadat ze enige maanden ervoor Lâchez tout, een woede-uitbarsting aan het adres van de neo-feministen, had gepubliceerd.

Bernard Pivot zegt haar tijdens de uitzending:

“Je bent hard voor wat je neo-feministen noemt. Je noemt ze ‘stalinisten in jurken’…”

Le Brun verwijt feministes zoals Gisèle Halimi en Michèle Perrein, die ze neo-feministes noemt, dat ze alle vrouwen over dezelfde kam scheren, gewoon omdat het vrouwen zijn. Maar dan vraag ik me af, hoe kan je anders opkomen voor de rechten van vrouwen, als je hen niet als groep ziet?

Bovendien kan je vrouwenrechten bezwaarlijk onder de paraplu van mensenrechten schuiven. Vrouwen baren nu eenmaal kinderen. Ze nemen vaak de zorg voor die kinderen op zich. Men kan niet anders dan voor hen een beleid op maat voeren. Het universalisme van andere mensenrechten gaat hier niet op.

Le Brun cureerde ook Sade, Attacking the Sun (2014)

Rust zacht Annie.

RIP Bill Viola (1951 – 2024)

The Greeting (1995) by Bill Viola

Per seconde sterven twee mensen. Die komen op de lopende band terecht in het hoofdkantoor, een gigantisch distributiecentrum. Deze week zat daar Bill Viola tussen. Eerst wilden mijn medewerkers hem laten doorrollen, laten verdwijnen in de massa, maar Sholem Stein zei, ‘niet zo snel, jongens.’

Sholem zag ooit The Greeting (1995) en die video was hem bijgebleven, die slow motion opname van de visitatie naar een schilderij van Pontormo. Sindsdien, vertelde hij, was het hem opgevallen hoe Viola een religieuze dimensie in de kunsten had binnengebracht die er lange tijd niet meer ingezeten had, in die mate zelfs dat je hem een religieus kunstenaar kon noemen.

Rust zacht Bill.

RIP Shelley Duvall (1949 – 2024)

In Het verzuim van de dood (2005) wordt er lange tijd niet gestorven. In de echte wereld gebeurt dat uiteraard nooit, het sterven houdt nooit op. Dit keer was het de beurt aan Shelley Duvall, de heel magere, met grote konijnentanden begenadigde Amerikaanse actrice die bekend werd met rollen als Wendy, de door Jack Nicholson belaagde echtgenote in The Shining (1980).

De “Here’s Johnny!” scène is bijna even iconisch als de douchescène in Psycho.

U herinnert zich vast wel hoe Shelley als Wendy achter een deur staat en hoe Jack een bijl pakt en de deur inhakt terwijl hij de bekende woorden van de bloedlustige wolf in het sprookje van de drie kleine biggetjes reciteert. Als hij dan uiteindelijk binnen is, houwt zij op haar beurt met een mes in zijn hand, een beetje in de stijl van de handdoorboorscène in Blood Simple (1984), maar veel minder diep in het vlees, het lijkt wel of Jack enkel een schrammetje oploopt. Ze had beter zijn hand afgehakt, maar daar was het de film niet naar en het geïmproviseerde wapen allicht niet scherp genoeg voor.

Hoe het ook zij, rust zacht Shelley.

RIP Donald Sutherland (1935 – 2024)

Donald Sutherland is dood, lang leve Donald Sutherland.

“Cloudbusting” (1985)

Ik herinner me hem als detective in Klute (1971) en hoe mooi ik Jane Fonda vond in die brave maar toch perverse film.

Ik herinner me Donalds schreeuwende gezicht helemaal op het einde van Invasion of the Body Snatchers (1978), het moment dat ook hij een ‘body snatcher’ geworden is.

Van Don’t Look Now (1973) herinner ik me scènes in een Venetiaanse kerk. En dat de seks daar echt zou geweest zijn, niet geacteerd.

Sutherland speelt ook de naar Amerika uitgeweken excentrieke Oostenrijker Wilhelm Reich (1897 – 1957) in de videoclip voor “Cloudbusting” (1985) van Kate Bush. Samen met Kate sjouwt hij een regenmachine een berg op terwijl de FBI op het punt staat hem in te rekenen. De regenmachine is een prachtig steampunk-artefact van het team dat de ‘alien’ in Alien (1979) maakte.

Rust zacht Donald.

RIP Anouk Aimée (1932 – 2024)

Anouk Aimée acteerde in zeventig films. Toch zal men haar vooral herinneren als een van de twee rouwenden in Un homme et une femme (1966) van Claude Lelouch. Zij rouwt om haar overleden stuntrijder, hij rouwt om zijn vrouw die zelfmoord pleegde nadat hij bijna omkwam in een autorace want dat is dan weer zijn beroep.

Un homme et une femme (1966)

In die film is iedereen met elkaar verbonden per auto. Er wordt dan ook heel wat heen en weer gereden. Het lijkt alsof de auto — in de jaren zestig, de tijd van ‘mijn auto, mijn vrijheid’, overal aanwezig en voor het eerst voor iedereen binnen handbereik — zowel symbool staat voor snel contact leggen (een hele nacht doorrijden om je geliefde op te zoeken) als voor eenzaamheid en onvermogen om langdurig connectie te maken.

Rust zacht Anouk.

RIP Jan Cremer (1940 – 2024)

‘Goed, goed, goed, mag niet klagen’, Jan Cremer geïnterviewd in New York.

Ook ik, Leonardo, hoofddoodgraver van Dodenstad was ooit jong.

En toen las ik Ik, Jan Cremer (1964), de laatste schelmenroman der Nederlandse taal, en ik herinner me hoe onze held Jan op een nacht op het dek van een boot met een vrouw vrijde die haar maandstonden had. Hij had dat niet door en werd ’s ochtend helemaal bebloed wakker, zonder zich te kunnen wassen.

En in een andere scène is hij ’s nachts aan het liften en een auto die hem voorbijrijdt gooit een brandende peuk uit het raam. Hij ziet dat gloeiend puntje vliegen en rent het honderden meters achterna omdat hij zoveel zin in tabak heeft. Het is mooi dat ik mij dat nog herinner.

Rust zacht Jan.

RIP James Chance (1953 – 2024)

James Chance was niet zijn echte naam, maar een mooie naam was het wel. Elke stad heeft in de jaren zeventig en tachtig wel een James Chance maar alleen die van de grote Westerse steden werden bekend. In de Verenigde Staten was dat New York.

“Contort yourself” (1979)

In die culturele hoofdstad van de wereld kreeg een artistieke beweging de naam ‘no wave’ opgeplakt en songschrijver en saxofonist James werd als ‘no-waver’ bekend met het nummer “Contort yourself” (1979), dat in een mix van Kid Creole dansbaar was. ‘Contort yourself’ betekent ‘verwring uzelf’, wees slangenmens.

Continue reading

RIP Tony Lo Bianco (1936 – 2024)

The honeymoon killers (1970)

In de Verenigde Staten stierf acteur Tony Lo Bianco, de contactadvertentiekiller van het indrukwekkende The honeymoon killers (1970).

Net als Carnival of souls (1962) is het een film wiens regisseur slechts een enkele film maakte.

In de barakken van mijn doodgravers is het al lang stil als ik met mijn vingers door de Criterionverzameling ga en de film vind.

Rust zacht Tony.

RIP Françoise Hardy (1944 – 2024)

Iedereen moet eraan geloven, zelfs de koninginnen van het popsterrendom. Hun fans zullen hen nog enkele jaren herinneren nadat het laatste warme bloed in hun harten klotste, maar ook de liedjes die ze zongen zal men vergeten. Of misschien niet, misschien alleen hun stemmen, misschien zijn enkele van hun liederen wel tijdloos en gedoemd om eeuwig gecoverd te worden, net als “Hava nagila”, de oudste alom bekende popsong van dat tegenwoordig weer zo verguisde volk.

Jane Birkin stierf vorig jaar. Dit jaar is het de beurt aan Françoise Hardy.

Hardy was bekend voor composities als “Tous les garçons et les filles” (1962), “Comment te dire adieu” (1968) en “Message personnel” (1973).

“Tous les garçons et les filles”

“Tous les garçons et les filles” (Alle meisjes en jongens) schreef ze toen ze nog geen achttien was en het vertelt over hoe ze nog nooit een wederzijdse verliefdheid heeft meegemaakt en hoe iedereen hand-in-hand loopt en zij moederziel alleen tot eenzame toeschouwer veroordeeld is.

Continue reading