Tag Archives: 1930

RIP Daniel Spoerri (1930 – 2024)

Voor deze dode laat ik graag mijn doodgraver Jahsonic aan het woord:

‘Ik herinner me nog heel duidelijk hoe ik op een schooluitstap naar Rotterdam een bezoek bracht aan het museum van hedendaagse kunst en er een ‘schilderij’ zag bestaande uit resten van een maaltijd die met lijm op een houten plaat waren gekleefd en vervolgens tegen de muur waren gehangen en als ‘schilderij’ gepresenteerd.

De originele Franse uitgave van Topographie anecdotée du hasard (1962)

‘Was ik veertien, vijftien of zestien? Was het Rotterdam, zo ja welk museum? In hetzelfde museum zag ik ook mijn eerste Lucio Fontana snijschilderij en in de namiddag, toen wij vrij waren, kocht ik een reep witte chocolade van het merk Galak.

Continue reading

RIP Gena Rowlands (1930 – 2024)

De Amerikaanse cinema telt voortaan een ster minder. Geen nood, een heleboel sterren-in-wording staan aan te schuiven om haar plaats in te nemen. Gena Rowlands was een cult-ster. Toch vond Danny Peary, auteur van Cult movie stars (1996) het niet opportuun haar in zijn gids op te nemen. Teveel pretentie? Teveel kunstambities? Teveel sérieux? Wie zal het zeggen.

Gena was getrouwd met filmmaker John Cassavetes (1929 – 1989) en ze speelde in tien van zijn onafhankelijk geproduceerde films. Men heeft die films beschreven als intens, rauw, met diepgaande verkenningen van de menselijke natuur.

Minnie and Moskowitz (1971). De parkeerwachter doet Gena een huwelijksaanzoek.

Minnie and Moskowitz (1971) is zo’n Cassavetes film waar Rowlands een museumconservator speelt die na een relatiebreuk – ontgoocheld in de liefde – met parkeerwachter (Seymour Cassel) in bed belandt. Ze probeert nog van hem af te geraken want de parkeerwachter is lang zo knap niet en een beetje ordinair en ook wat raar, maar het lukt haar niet, ze kan hem niet van haar afschudden, en zo erg is dat ook niet want alleen is maar alleen, nietwaar?

Rust zacht Gena.

RIP John Barth (1930 – 2024)

Michael Silverblatt interviewt John Barth

Bij dageraad, mijn doodgraver Jahsonic en ik staan tussen de mausolea van het westen. Voor ons staat de in ochtendnevels gehulde doodskist van John Barth (1930 – 2024).

–‘In 1967 schreef John Barth een stuk met de titel “The Literature of Exhaustion” (1967), zegt mijn doodgraver, ‘hij vond dat de roman als medium uitgeput was en hij wilde die uitputting tot zijn onderwerp maken.’

–‘Zo win je altijd natuurlijk,’ zeg ik.

–‘U onderschat Barth. Hij was het die mijn aandacht vestigde op Thomas Brownes ongelofelijke dictum:

–‘Iedere mens is niet alleen zichzelf; mensen worden telkens opnieuw geleefd.’

–‘En wie was Browne?’

–‘Schrijver van Religio Medici uit 1643.’

–‘Had hij het over reïncarnatie?’

–‘Dat denk ik niet, baas, hij was een christenmens. Maar voor ons postmodernen was het een heerlijke ontdekking, want het postmodernisme heeft altijd meer beroep gedaan op stereotypen dan op karakters van vlees en bloed.’

–‘Klinkt wat saai.’

–‘Integendeel, baas. Browne beweerde dat er al vele Diogenessen geweest zijn, en evenzoveel Timons.

–‘En jij was ooit?’

–Een Diogenes, wat anders?’

Hij lacht luid en laat de kist zakken.

RIP Carmen Sevilla (1930 – 2023)

Ik heb het gevoel dat ik de Spaanse actrice, danseres en zangeres Carmen Sevilla oneer aandoe door enkel haar flamenco-act in Europa di notte (1959) te tonen maar ik troost mij met de gedachte dat ik bij het overlijden van Gina Lollobrigida net hetzelfde deed. Magere troost. Ik schiet tekort. Maar is het mij daar ook niet om te doen? De kortst mogelijke connectie maken naar mijn universum? En het hart daarvan blijft allerlei lusten.

Europa di notte (1959). Carmen Sevilla danst flamenco op een uur en twintig minuten.
Continue reading

RIP Pat Robertson (1930 – 2023)

Je moet ofwel beroemd ofwel berucht zijn om een plek in Dodenstad te verdienen, gewone zielen worden aan de ingang geweigerd.

‘Die man was een homo’ zegt Pat Robertson in de documentaire film Spin (1995)

Enkele dagen geleden, het was een van de eerste warme dagen van het jaar, werd het dode lichaam van Pat Robertson hier aangeboden.

Continue reading

RIP Franz Gertsch (1930 – 2022)

Franz Gertsch was een Zwitsers schilder die op grote doeken hyperrealistische schilderijen maakte. Vooral portretten maar ook landschappen. Hij is een van de weinige Europese hyperrealisten. De naoorlogse trend om met fotografische precisie te gaan schilderen vond immers vooral ingang in de Verenigde Staten.

In België zijn drie hyperrealisten het vermelden waard: Roland Delcol, Roger Wittevrongel en Marcel Maeyer.

Vermeer was de oerhyperrealist.

Rust zacht Franz.

RIP Jean-Luc Godard (1930 – 2022)

Jean-Luc Godard  was a French-Swiss film director.

Famous “Si vous n’aimez pas la mer, si vous n’aimez pas la montagne, si vous n’aimez pas la ville … allez vous faire foutre!” scene from  À bout de souffle (1960)

Godard rose to prominence as a pioneer of the ‘Nouvelle Vague’ in European cinema. He is best known for his jump cuts in À bout de souffle (1960).

Of the same period and in the same style are other films that defied audience expectations: Vivre sa vie (1962), Bande à part (1964), and Pierrot le Fou (1965).

Also of interest are his lesser known political films during his communist period. There is for example his use of stills such as the Freudo/Marx pinup in Le gai savoir (1969).

We at Jahsonic have little sympathy for the humorless pretentiousness of mr. Godard. He is, however symptomatic of the ‘épater les bourgeois’ tradition of Baudelaire, Brecht and Beckett. It’s a dirty job, but someone has to do it. We have nothing against going against the grain, but if you do it, do it good, like Debord, who gave the jacket of his mémoires sandpaper covers to damage the books in their vicinity maximally.