“You Ain’t Seen Nothin’ Yet” (2012) van Lisa Marie Presley
Lisa Marie Presley was een Amerikaanse actrice en singer-songschrijver maar boven alles was ze de enige dochter van Elvis Presley.
Mevrouw Presley trouwde vier keer. Met Michael Jackson, Nicolas Cage en nog twee andere mannen en was moeder van vier kinderen. Een ervan pleegde zelfmoord toen hij twintig was.
Ze was bekend omwille van haar bekendheid, famous for being famous; en willens nillens was ze net als haar vader Elvis en haar ex-man Michael een tragisch slachtoffer van de cultuurindustrie. Maar zijn we dat niet allemaal?
“Truth” (1959), met Chico Hamilton, op de elpee That Hamilton Man
Dennis Budimir was een Amerikaans gitarist, lid van The Wrecking Crew, een in Los Angeles gebaseerde groep van sessiemuzikanten.
Als studiomuzikant speelde hij mee op zo’n negenhonderd filmopnames en ontelbare pop- en jazzplaten. Hij bracht maar een vijftal platen onder eigen naam uit.
Hij werd 84.
Er staat een filmpje op YouTube waar hij met Bill Frisell en Bob Bain speelt en waarop vooral Bain en Budimir herinneringen ophalen.
Alan Rankine was een mindere maar daarom niet minder geliefde muziekgod die toegang verschaft tot een universum dat – hoewel klein – mij vrij dierbaar is. Een lievelingsuniversumpje als het ware.
“Rumours of War” (1986)
In 1986 bracht Rankine “Rumours of War” uit op het Belgisch label Les Disques du Crépuscule.
Dat lied werd gedraaid in de Belgische clubscene die later zou uitgroeien tot de saaie en voorspelbare New Beat. Maar net vóór dat genre was uitgevonden, had België voor een korte periode de meest avontuurlijke deejays ter wereld en een publiek dat dat lustte. En dat publiek danste onder andere op “Rumours of War”.
Rankine sprak over ‘geruchten over een oorlog’ en er waren toen wel wat gewapende conflicten overal ter wereld maar niet in het Westen waar de muur en het gordijn dat Europa in twee deelde nog rechtstond en waar de enige oorlog de Koude Oorlog was.
Fred White speelde drums by de Amerikaanse band Earth, Wind & Fire die u misschien kent van “Evil” (1973), “Brazilian Rhyme” (1977), “September” (1978) and “Let’s Groove” (1981).
“Brazilian Rhyme” (1977)
Nu ik erover nadenk, opvallend veel hoezen van EWF hadden esoterische thema’s.
“September” (1978)
Die esoterische neiging hoeft niet te verbazen als men nadenkt over de titel van de band: “earth, wind and fire’, ‘aarde, wind, en vuur’; alleen water ontbreekt om er de klassieke elementen van te maken.
“Let’s Groove” (1981)
Over hoezen gesproken, een aantal ervan werden geïllustreerd door de Japanse illustrator Shusei Nagaoka.
Black Stalin was een calypsozanger van Trinidad en Tobago. Hij was gekend voor zijn liedjesteksten die zich tegen de Europese koloniale onderdrukker uitspraken.
“People Make the World Go Round” (1972) by Thom Bell and Linda Creed, first performed by The Stylistics
Thom Bell was een Amerikaans componist, songschrijver, producer, arrangeur, pianist, en zanger die centraal stond in de ontwikkeling van de Philadelphia soul van de jaren zeventig. Hij was het creatieve brein achter de Delfonics, de Stylistics, en de Spinners.
“People Make The World Go ‘Round” (1999) by Innerzone Orchestra, cover van bovenstaande.
Je kan hem kennen van composities zoals “Ready or Not Here I Come (Can’t Hide from Love)” (1968), “La-La (Means I Love You)” (1968), “Didn’t I (Blow Your Mind This Time)” (1970), “People Make the World Go Round” (1972), “I’ll Be Around” (1972), and “Can’t Give You Anything (But My Love)” (1975) .
Maar je kan hem ook evengoed helemaal niet kennen natuurlijk want discoproducers zoals ‘Thom Bell, Gamble & Huff, Holland/Dozier/Holland, Jimmy Jam & Terry Lewis, Patrick Adams of Michael Zager’ worden nog altijd gemarginaliseerd, schreef Brian Chin in 1997.
En in 2000 wees David Haslam erop dat ‘het traditionele jaren-zestig-discours bolstaat van de waardeoordelen en het werk van de Velvet Underground verkiest boven dat van Motown, de productievaardigheden van Brian Wilson boven die van Norman Whitfield en de maatschappelijke relevantie van John Lennon boven die van James Brown.’
Rock boven pop dus. En ook rock boven soul en gelijk welk ander genre. Dat is ‘rockisme’.
Nu geloof ik wel dat er sinds die tijd een en ander veranderd is. In 2000 kwamen Frank Broughton en Bill Brewster met hun boek Last Night a DJ Saved My Life en in 2004 kwam Love Saves the Day van Tim Lawrence.
Daarna, of gelijktijdig ermee, kwam het rockisme versus poptimisme debat op gang en kreeg de obsessie met ‘authenticiteit’ een serieuze knauw.
Maxi Jazz was een Brits songschrijver, muzikant en zanger vooral bekend als zanger van de groep Faithless die met “Insomnia” (1995) en “Salva Mea” (1995) grote hits scoorden.
Semantisch hebben we hier te maken met een band die zichzelf ‘trouweloos’ of ‘ongelovig’ noemt en die faam bereikte met de hits “God is een deejay”, “Slapeloosheid” en “Red mij”, want dat betekent het potjeslatijn “Salva Mea”.
Het werk van Faithless duikt nergens op in de ‘best of ‘ lijstjes van de critici, niet bij Rolling Stone, niet bij Pitchfork, niet bij NME.
“Faith, Hope and Charity” (1982) . Terr Hall is de blanke man met het haar dat een beetje op dat van Robert Smith van The Cure lijkt.
Terry Hall was een Brits muzikant en zanger best gekend voor zijn bijdragen aan the Specials en Fun Boy Three.
Fun Boy Three hebben een lied over gekken die het gekkenhuis overgenomen hebben: “The Lunatics (Have Taken Over the Asylum)” maar ik geef u “Faith, Hope and Charity” (1982) uit datzelfde album, waarin men u verzekert dat ieder het zijne verdient, dat geld niet aan de bomen groeit maar baby’s wel van vrouwen komen. Alsof u dat nog niet wist.